We zijn inmiddels drie dagen aan boord van het schip De Zaandam, van de
Holland-Americalijn. De Hollandse driekleur wappert fier in de wind, achterop
het dek. Laat ik beginnen met een rectificatie: het is niet kapitein Ane Smit
uit Terschelling die aan het roer staat maar zijn Britse collega. Smit stapte
van boord, in spijkerbroek en met een grote rolkoffer toen wij na een uitje
weer aan boord stapten. Hij zei dat hij klaar was voor dit jaar. Mijn liefje vroeg
hem daarop: “klaar voor de
feestdagen op Terschelling?”. Hij lachte ons verrast toe en beaamde.
Inmiddels ontmoette ik de twee tweede officiers aan het lunchbuffet; beiden van
Nederlandse afkomst. Stoere jongens van Johan de Wit; blonde, frisse reuzen met
baarden. Zij vertelden dat ze een contract voor drie maanden aan boord van
schip X hebben, waarvan één maand met nachtdienst. Ook met hen zijn wij in
goede handen.
De cruiseterminal van Buenos Aires staat in de containerhaven, in een
minder leuk deel van de stad. Er wordt daar hard gewerkt aan de verbetering van
de infrastructuur dus overal zag je bouwputten. We hadden zicht op hoge stapels
containers. Op de eerste avond lagen wij er alleen. De volgende ochtend bleken
we te worden vergezeld door een cruiseschip van MSC. Dan kun je pas goed zien
hoe klein wij zijn… In mijn beleving is de Zaandam echter best een groot schip.
Je kunt eindeloos van voor naar achteren lopen, zowel binnendoor als (deels)
buitenom. We beginnen de dag goed met enkele rondjes rondom het schip, over het
promenadedek. Dat is iets dat bij buurman MSC niet kan. Het aardige van dat
schip is dan weer dat alle buitenhutten een balkon hebben.
We hebben geen hut met een balkon maar wel een met een groot raam met
vrij uitzicht. We kregen advies van vriend Pete die deze reis eerer maakte, en
in dezelfde hut verbleef. Er zijn namelijk ook hutten waar reddingsboten voor
de ramen hangen maar dat was geen optie. Onze hut is prima: we hebben een bed van
minstens 2.20 meter breed met een fantastisch matras en lekkere dekbedden, heel
veel kastruimte, een bureau en een zitje. Onze kamer is in principe geschikt
voor vier reizigers. Boven de bank hangt een tekening van vogels boven Texel.
It feels like home. In de gangen op ons dek hangt kunst van uitsluitend
Hollandse taferelen. Op de matten in de lift staat elke dag de weekdag vermeld.
Voor de dementerenden onder ons (en daar zouden er zo maar een paar kunnen zijn...).
Onze stewards heten Yoga en Herry. Yoga is van Java, Herry is van Bali.
We spreken met de beide jongemannen in een mix van Indonesisch en Engels en dat
vinden ze ge-wel-dig. Wij deelden inmiddels onze foto’s van Yuda, Damai en
Nummer 3 met hen. 's Avonds aan het diner worden we verzorgd door Made, ook een
Balinees. Het nieuws dat we Bahasia Indonesia spreken en enkele jaren in Bali
woonden, ging als een lopend vuurtje over het schip. Leuk, hoor.
Qua passagiers lijkt er een goede mix van culturen aan boord te zijn:
Aziaten, Europeanen en Amerikanen. De gemiddelde leeftijd ligt ruim boven 60
jaar, schat ik in. De eerste twee personeelsleden van het schip die wij
spraken, waren overduidelijke homo’s. Ik zag oudere dames en jonge meiden die
volgens mij setjes zijn. Er is een LGBTI-club aan boord maar daaraan heb ik
geen behoefte. Een Frans stel zei in hun moerstaal tegen elkaar toen wij
langsliepen dat we waarschijnlijk tweelingen zijn. Ik reageerde meteen! (Het is
bepaald niet in mijn voordeel wanneer men mijn 9-jaar oudere liefje aanziet
voor mijn tweelingzus.) We waren toch zeker wel familie van elkaar? Dat
evenmin. Zoiets gebeurt er kennelijk als je 30 jaar intensief samenleeft. Tja.
We zaten een ochtend aan het ontbijt in de buurt van twee oudere
Amerikanen waarvan de vrouw vertelde dat haar over-over-overgrootmoeder in de
16de eeuw van Steenbergen (Nederlander) naar Kentucky emigreerde. Zij woont
inmiddels zelf in Seattle, de stad van Starbucks en Ben & Jerry. We zijn er
niet op uit om nieuwe contacten op te doen of nieuwer vrienden te maken maar als
er spontaan iets bijzonders of gezelligs gebeurt, staan we er open voor.
Bij Michelle uit de Filippijnen drinken we 's ochtends een
voortreffelijke latte machiato van koffiebonen die speciaal voor de
Holland-Americalijn worden geteelt en uitsluitend voor hen worden geoogst. Om
het plastic in de oceanen te redden, worden er geen rietjes en plastic deksels
meer verstrekt als je bij haar meeneemkoffie bestelt. Terwijl ik dat -met
waardering- las, dacht ik aan de Co2-uitstoot van een gemiddeld cruiseschip: die
komt overeen met de vervuiling door 1 miljoen auto’s… Tja.
We leenden reeds een reisboek, een vogelboek en een literaire thriller in
de bieb, speelden ons eerste spelletje dam, dronken onze eerste cocktail in bar
Het Kraaiennest, keken onze eerste film in de plaatselijke bioscoop
(‘Assassination Tango’, met Robert Duvall dat zich in Argentinië afspeelt),
reserveerden twee plekken voor de aanstaande wijnproeverij. Mijn liefje loopt
zich warm voor het casino. De eerste bingo werd daar gespeeld en wij waren van
de partij. Je kunt gokken met de sleutelkaart van je hut dus dat wordt haar
zeer gemakkelijk gemaakt.
Eenmaal per cruise wordt een van de restaurants voor fine dining
omgebouwd tot een sterrenrestaurant van internationale klasse. Onder andere onze eigen Jonnie Boer maakt deel uit van een team van
wereldwijd beroemde chefkoks dat over de culinaire beleving van HAL-passagiers
adviseert en bijzondere diners samenstelt.
Vandaag zijn we in Montevideo (Uruguay). Daar meerden we in de
cruisehaven af, in het stadscentrum. Deze stad bezochten we al eens in 2015
maar nu staan er andere bezienswaardigheden op ons programma. Niet alleen mijn
camera zit in mijn rugzak, ook mijn laptop. Aan boord van het schip is de
kwaliteit en snelheid van internet dermate bedroevend dat ik erop uit moet om
te bloggen. Het is het enige nadeel dat ik thans kan verzinnen.
De komende dagen zijn we op zee, op weg naar de zuidelijker gelegen Falkland
Islands. De Argentijnen noemen dit ‘Islas Malvinas’. De beide landen hebben al
een dispuut over het territorium sinds 1833, in 1982 brak daarover zelfs oorlog
uit. Het is echter nog steeds Brits grondgebied. Voor enkele Britten aan boord
is dat de hoofdreden van deze reis. Op weg naar die eilandengroep varen we over
de vorig jaar gezonken Argentijnse onderzeeër, die onlangs werd teruggevonden
op 800 meter diepte (voor de kust van Peninsula Valdez). Ironisch genoeg werd
die vondst gedaan door Ocean Infinity dat eerder zocht naar het spoorloos
verdwenen vliegtuig MH370 maar het niet vond. Naar verluidt, heeft het
failliete Argentinië geen geld voor het bergen van de submarine.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten