Translate

vrijdag 27 september 2019

Dag, dag wereldtoerisme

Van harte, vandaag is het de Dag van het Wereldtoerisme! Dit wordt weer een longread. Deze blog heeft een lengte van bijna 4.000 woorden, met een leestijd van 15 minuten. Mijn liefje kreeg vorige week als verjaardagskado onder andere een legpuzzel. Het is er een met 1.000 stukjes die je blind in elkaar moet zetten, zonder dat je weet hoe & wat. De enige hint die je krijgt, is dat het de blik vangt van een piloot over een vliegveld. Ik verzeker je dat je niet met het afgebeelde toestel wilt vliegen. Ik mag verder niets verklappen want de puzzel gaat in de vriendenkring rouleren. Nou, een tip van de sluier: de vissoep wordt door een stewardess in een grote ketel aan boord van het Cheepo Air-vliegtuig gebracht… Hilarisch!

De viering van deze dag werd door de Verenigde Naties bedacht en startte in 1980. De oorspronkelijke reden was om mensen wereldwijd bewust te maken van de sociale, politieke, financiële en culturele waarde van toerisme. Het thema van dit jaar is ‘Tourism and Jobs: A better future for all’.

Eind augustus las ik een interessant artikel over toerisme in Nederland. Deze sector wordt steeds belangrijker voor de economie. Uit cijfers van het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS) blijkt dat toeristen uit binnen- en buitenland in 2018 bijna €90 miljard uitgaven in onder andere restaurants, hotels, pretparken en musea. Binnenlandse toeristen namen het grootste gedeelte van die uitgaven voor hun rekening: bijna €50 miljard. Daarna zijn Belgen en Duitsers de grootste besteders maar ook Amerikanen en Chinezen weten de Lage Landen steeds vaker te vinden. Naast veel geld leverde dat 27.000 extra banen op. Toerisme blijkt daarmee net zo belangrijk te zijn geworden als de ICT-sector en de bouw. De toeristische sector was vorig jaar goed voor bijna 800.000 banen, een stijging van 27.000 in vergelijking met 2017. Het betrof vooral deeltijdbanen in de horeca.

Ik zag die waardetoename met eigen ogen toen mijn liefje en ik in Spanje gingen wonen en later op Bali. Het verschil tussen Spanje van toen wij op papier een appartement aan de Costa Blanca kochten (1999) en het land dat we 20 jaar later ons tweede Vaderland noemen, is onbeschrijflijk. Ik begin er dan ook niet aan. Dit land, dat we delen met ruim 46 miljoen anderen, is inmiddels het op een na meest bezochte toeristenland ter wereld (na Frankrijk). In de afgelopen zes jaar brak het telkens records qua aantallen.

In de periode 2014 - 2018 ontstonden in Spanje 396.000 nieuwe, direct aan toerisme gerelateerde banen (20% van het totale aantal in die periode). Er zijn meer dan 2 miljoen, direct aan toerisme gerelateerde banen in Spanje. Ruim 13% van de inwoners is werkzaam in deze branche, al heeft de meerderheid deeltijdbanen. De lokale toeristensector oversteeg daarmee de bouwsector. In 2018 ontving het een recordaantal van 83 miljoen toeristen, uit binnen- en buitenland. Regio Andalusië ontving de meeste toeristen. Het percentage toeristen uit het Verenigd Koninkrijk daalde het hardst, dat van Amerikanen groeide het meest. Hun uitgaven groeiden nóg sneller: naar bijna €90 miljard, een toename van 3.3% ten opzichte van 2017. De verwachting is dat er in Spanje dit jaar wederom sprake zal zijn van een record.

In Bali speelt zich iets dergelijks af. Het zuiden van het eiland van de Goden raakte eerder in ontwikkeling dan het noorden. Wij deden dit toeristische oord voor het eerst aan in 2005. In 2009 streken wij permanent neer in het hoge noorden. (Tenminste, dat dachten we.) Voor de inrichting van ons huis en voor andere kwalitatief goede producten moesten we destijds naar het zuiden. Inmiddels ontwikkelde ook het noorden zich. Er kwamen winkels en supermarkten met beter, vernieuwd en  gevarieerd assortiment, souvenirwinkels voor binnenlandse toeristen, pretparken voor Balinese kids, beach- en watersportclubs en zwemparadijzen. Het aantal lokale toko’s nam toe, er verschenen echte chefs en restaurants uit alle windrichtingen. Ecotoerisme kwam van de grond.

Toerisme is in deze provincie van Indonesië de belangrijkste bron van inkomsten. De ruim 4 miljoen inwoners (schatting 2019) kregen 6.5 miljoen bezoekers in 2018, uit binnen- en buitenland. (Dat komt neer op een toeristenintensiteit van 1.5 toerist op elke inwoner.) Meer dan 60.000 banen zijn direct gelieerd aan toerisme, ruim 20% van de bevolking is er op een of andere manier afhankelijk van. De bijdrage van deze sector aan de lokale economie wordt geschat op 60 à 70%. In Bali zien ze toeristen graag komen, zolang ze de cultuur en de lokale gebruiken en gewoonten respecteren. Einde van dit jaar keren wij er voor de elfde keer terug voor een bezoek aan familie en vrienden.

Toerisme levert banen en economische vooruitgang op maar het brengt niet overal en voor iedereen een betere toekomst. De keerzijde wordt steeds vaker belicht. Bij sommige bewoners van drukbezochte plekken ontwikkelde zich een ‘toeristenfobie’. Die negativiteit ontstaat vooral als bewoners en bezoekers met elkaar moeten concurreren om toegang tot faciliteiten en diensten. Vooral het delen van beperkte ruimte roept irritatie op.

Residenten komen in verzet tegen de files en andere vormen van congestie, parkeerproblemen, prijsopdrijving of juist inflatie, geluidsoverlast, milieuschade, vervuiling en vernieling, watertekort, vijandigheid, ongelijkheid (zij wel, ik niet), antisociaal en respectloos gedrag. Banden van toeristenbussen worden lekgeprikt, gasten op cruiseschepen worden aan de kade opgewacht door boze inwoners, antitoerisme-graffiti’s en posters vind je op muren in een overlopen stadscentrum.

‘Gentrificatie’ is in deze context ook een veelgehoord begrip. Het staat voor het proces van opwaardering van een buurt of stadsdeel op economisch, sociaal en cultureel gebied. Kapitaalkrachtige nieuwe bewoners -soms uit het buitenland- kopen panden op en geven er nieuwe bestemmingen aan. Dit gaat gepaard met een stijging van de prijs van onroerend goed en van huurprijzen. In sommige Europese hoofdsteden kwam daardoor een ware exodus van inwoners op gang.

Banen of slagbomen? Een duivels dilemma.

De Europese Unie gaf in 2017 opdracht tot het onderzoeken van overtoerisme. Het eindrapport verscheen in oktober 2018. Ik downloadde het en begon te lezen. Degelijk en interessant! Overtoerisme wordt gedefinieerd als ‘de situatie waarin de impact van toerisme op bepaalde tijden en locaties, de fysieke, ecologische, sociale, economische, psychologische en/of politieke capaciteitsdrempels overtreft’. De mate van overtoerisme wordt met twee begrippen uitgedrukt: ‘tourism density (aantal toeristen per km2) en tourism intensity (aantal touristen per inwoner). Dit rapport bevat 41 case studies, waarvan 33 betrekking hebben op een Europese locatie. Zeker niet alle hierna genoemde voorbeelden komen uit dit rapport.

De 850.000 inwoners van Amsterdam ontvangen jaarlijks 20 miljoen toeristen op hun eeuwenoude grachten. De stad begon met het limiteren van Airbnb-verhuur, met het actief aanbevelen van bezoeken aan omliggende steden teneinde meer overlast aan de stad te voorkomen. Ook de campagne ‘Enjoy & Respect’ ging van start, hetgeen moet leiden tot gedragsverbetering. Er is namelijk veelvuldig sprake van openbare dronkenschap en wildplassen. Vooral de vrijgezellenfeestjes van Britten zijn een doorn in het oog van de gemeente.

“Of all noxious animals, the most noxious is a tourist. And of all tourists the most vulgar, ill-bred, offensive and loathsome is the British tourist”. Aldus de 19de eeuwse Britse dagboekenschrijver Francis Kilvert. (Toen waren ze al berucht!)

Het stadsbestuur van de Deense hoofdstad stopte om dezelfde redenen juist met de campagne ‘Wonderful Copenhagen’. In 2018 ontving deze stad, met ruim 600.000 inwoners, 8.8 miljoen bezoekers. Er kwam een stop op de ontwikkeling van meer bars en restaurants, men introduceerde een aantrekkelijk fietsenplan en bepaalde woonwijken werden tot stiltegebied verklaard. Ook hier moeten Airbnb-eigenaren belasting aan de staat afdragen.

Venetië, met een oppervlakte van 415km2, heeft ruim 630.000 inwoners en ontvangt jaarlijks circa 25 miljoen bezoekers. In Europa lijkt dit de stad met de meeste overlast van massatoerisme. Op sommige dagen heeft het stadscentrum 60.000 bezoekers tegenover 55.000 residenten. De roman van Ilja Leonard Pfeijffer ‘Grand Hotel Europa’ speelt zich daar grotendeels af en heeft destructief massatoerisme als centrale thema. Deze zomer werd tweemaal een aanvaring van een cruiseschip met de kade op het nippertje voorkomen. En dit zinkend stukje Italië heeft het al zwaar. Teneinde de hordes te temmen, gaan toeristen entréegeld betalen: USD$11 per persoon per dag.

In een uitzending van het goed bekeken tv-programma ‘Denkend aan Holland’ werd het Overijsselse Giethoorn per boot aangedaan. Het pittoreske dorpje aan het water dat wel het ‘Venetië van het Noorden’ wordt genoemd, heeft 2.630 inwoners. Jaarlijks ontvangen zij ruim 350.000 toeristen, ongeveer 70% daarvan is Chinees. Huizen langs de vaarroute hebben bordjes in Mandarijn op het tuinhek met Geen toegang. Een huiseigenaar beaamde voor de camera dat het nodig is want er zijn toeristen die onuitgenodigd de tuin instappen. Maar het zijn niet alleen residenten die klagen over toeristen. Toeristen doen het ook over elkaar. Giethoorn kreeg een groot afvalprobleem. Nee, een brievenbus is geen prullenbak!

Barcelona heeft 1.6 miljoen inwoners en ontvangt bijna 32 miljoen toeristen jaarlijks. Zonder toeristen is deze stad al een van de drukstbevolkte van Europa. Bijna de helft van de toeristen bestaat uit dagjesmensen. Een groot deel van hen is passagier op een cruiseschip. Barcelona ontving dit jaar de dubieuze eer tot de meest vervuilde haven van Europa te worden uitgeroepen, samen met Palma de Mallorca. Het stadsbestuur beperkte andere de toegestane groepsgrootte (15 per keer) voor de beroemde dagmarkt La Boquería en stelde een quotum in voor Parque Güell (max. 400 per uur) plus entréegeld. Dagelijks worden winkels omgedoopt tot souvenirshops, fietsenverhuur en cafés, tot groot ongenoegen van residenten. Ze doopten hun woonplaats om tot ‘Carcelona’. (Carcel is Spaans voor gevangenis.)

De West-Vlaamse stad Brugge (België) heeft bijna 118.000 inwoners en ontvangt jaarlijks 8 miljoen toeristen. Men komt vooral af op de toeristische attracties rondom de middeleeuwse Eimarkt. In de nabijgelegen haven Zeebrugge legden vorig jaar bijna 150 cruiseschepen aan. Inwoners spreken van ‘een vloedgolf’. Al jarenlang heerst hier een hotelstop, Airbnb-eigenaren worden door de belasting aangeslagen. Men gaat nu tevens een stricter quotum voor cruiseschepen invoeren.

Dubrovnik, de hoofdstad van Kroatië, heeft ruim 40.000 inwoners en ontving in 2018 bijna 20 miljoen toeristen. De plaats werd vooral beroemd door ‘Game of Thrones’. In een Nederlands reisprogramma in die contreien hoorde ik op tv een inwoner  zeggen dat hem door een passagier van een cruiseschip werd gevraagd in welk land hij nu precies was. Dat soort gedrag zet kwaad bloed bij lokalen.

Balearisch eiland Mallorca met ruim 910.000 inwoners en 10 miljoen toeristen jaarlijks, gaat hetzelfde doen. In het hoogseizoen stappen daar op sommige dagen 20.000 toeristen tegelijk aan wal. Er is sprake van milieuschade en er ontstond onroerendgoedspeculatie. De toeristentaks wordt al jaren toegepast maar bracht niet het gewenste resultaat. Er werden parkeerbeperkingen opgelegd en Airbnb-eigenaren worden hier zelfs beboet. (De teloorgang van de Britse reisorganisatie Thomas Cook brengt hier zeker verlichting al zal dat tegelijkertijd economische schade opleveren en banen kosten.)

Het dorpje Hallstatt in Oostenrijk met nog geen 800 inwoners, idyllische gelegen aan een bergmeer tussen Salzburg en Graz, ontvangt jaarlijks 1 miljoen toeristen. De bouw van een Chinese kopie in de staat Boluo leidde tot die enorme toestroom. De meeste bewoners noemen die situatie een catastrofe. Het origineel gaat binnenkort maatregelen nemen om de stroom touringbussen tegen te houden. Met dat doel worden aan de rand van het dorp slagbomen neergezet. Aan huizen hangen nu al bordjes met teksten als Please, do not enter local houses and gardens unless specifically invited”.

Voor elk van deze Europese steden berekende ik de toeristenintensiteit (aantal toeristen per inwoner), op basis van de weergegeven data. Hallstatt kwam er met 1.250:1 als sneuste vanaf, gevolgd door Dubrovink (500:1), Giethoorn (133:1), Brugge (67:1), Venetië (39:1), Amsterdam (23:1), Barcelona (20:1), Copenhagen (14:1), Mallorca (10:1).

Uit Santorini (Griekenland), Ayia Napa (Cyprus), Reykjavik en canyons (IJsland), Lapland (Finland), Cinque Terre (Italië), Mostar (Bosnië-Herzegovina), Luzern (Zwitserland), eiland Skye (Verenigd Koninkrijk), Vaticaanstad, de Europese hoofdsteden Budapest, Berlijn, Lissabon, Rome, Stockholm, Riga, Praag en Parijs klinken dezelfde verhalen. Stuk voor stuk plaatsen waar de ratio bezoekers:bewoners volledig scheef groeide.

Het lijkt nu alsof het probleem van overtoerisme zich uitsluitend afspeelt in Europese steden maar dat is niet het geval. Ook landelijke gebieden, kustlocaties en werelderfgoedlocaties in andere delen van de wereld lijden onder dit verschijnsel.

Zo is Maya Beach (Thailand) het beroemde strand uit de film ‘The Beach’. Het werd door de lokale overheid tot 2021 gesloten om de toestroom naar het gebied te stoppen. Massatoerisme ruïneert het natuurschoon. Datzelfde overkwam de 12.000 bewoners van het Filipijnse eiland Boracay. Dit kleine oord van 6km2 ziet circa 2 miljoen toeristen per jaar komen. De lokale infrastructuur is niet afgestemd op die massa. Het ooit zo prachtige water raakte besmet met groene alg. De plek werd gesloten voor toeristen. Vanaf januari 2020 zal natuurpark Komodo Island (Indonesië) voor tenminste een jaar gesloten zijn voor bezoekers. Deze keer niet vanwege te veel toeristen, al zijn het er circa 10.000 per maand, maar om smokkel van deze bijzondere leguanen (beschermde diersoort) tegen te gaan. Angkor Wat (Cambodja), het hindoeïstische tempelcomplex uit de 12de eeuw, kon de miljoenenstroom niet meer aan. Sommige tempels werden dusdanig beschadigd dat men instorting vreesde. De entréeprijs ging drastisch omhoog en er werd een maximum aantal bezoekers per dag ingesteld.

Deze zomer dook een filmpje op van een Tsjechische toeriste in Ubud (Bali) die in een tempel haar derrière schoonspoelde met water. Nu getuigt ‘tsjebokken’ van goede hygiëne naar Indonesisch gebruik maar dat doe je niet open en bloot, niet in een hindoetempel en zeker niet met water dat lokale hindoes als heilig beschouwen. De Balinezen waren woedend over dat gebrek aan respect.

Bagan (Myanmar), Bhutan (Nepal), Galapagos-eilanden (Ecuador), Bayron Bay (Australië), Rio de Janeiro (Brazilië), Shanghai (China), Machu Picchu/Cusco (Peru), de Bahamas (VS), Cozumel (Mexico), New York en de natuurparken Grand Canyon en Yellow Stone (VS) hebben evenzeer te lijden onder massatoerisme. Deze opsomming is bij lange na niet volledig, helaas.

Foto: PIC AFP
Kortom: toerisme schiet door. Het lijkt inmiddels meer kapot te maken dan het oplevert… De foto van een lange file klimmers op de top van de Mount Everest werd voor mij exemplarisch voor wat er mis is op dit vlak.

Het aantal toeristen zal voorlopig groeien aangezien het in steeds meer landen in de wereld economisch voor de wind gaat. De middenklasse blijft groeien waardoor internationaal reizen voor steeds meer mensen betaalbaar wordt. Het ontstaan van low cost airlines, lage prijzen voor vliegtickets, snelle en goedkope andere vormen van transport en low cost-stedelijke accommodatie werkten dat verder in de hand. Airbnb is niet de oorzaak van overtoerisme maar blijkt wel een belangrijke katalysator. Dat geldt ook voor de beschikbaarheid van cultureel en natuurlijk werelderfgoed, luchthavens en cruiseterminals. Tenslotte doen ook sociale media een duit in het zakje. Je kunt je bijvoorbeeld op Instagram niet meer vertonen zonder mooie plaatjes van juzelluf op exotische locaties.

In 2018 gingen 1.4 miljard personen op reis, de helft van hen nam het vliegtuig; dat was een toename van 6% ten opzichte van 2017. De UNWTO schat dat dit aantal tegen 2030 is gegroeid naar 1.8 miljard. Het aantal reizende Chinese toeristen zal in 2023 zijn gestegen naar 700 miljoen. Ook als de meerderheid binnen de eigen (Oost-Aziatische) regio blijft, zal naar schatting circa 20% procent van hen naar verdere bestemmingen reizen. Dat komt neer op 100 miljoen extra toeristen voor  bestemmingen als Europa en Noord-Amerika. In 2018 stapte een recordaantal van 28.5 miljoen reizigers aan boord van cruiseschepen. Dat record wordt naar alle waarschijnlijkheid dit jaar alweer gebroken.

Desalniettemin kunnen we als individuele reiziger iets doen aan overtoerisme. Thuisblijven? Neuh, dat niet. De wereld is te mooi om er niet op uit te trekken. Zelf vaak en ver naar mooie oorden reizen en dan een ander verbieden dat ook te doen?  Dat vind ik hypocriet. Bovendien ben ik de eerste om te beamen dat reizen verslavend is. Kom er maar eens van af! 

De beste maatregel tegen overtoerisme is het spreiden van bezoekers, zowel in tijd als in ruimte. Als dat lukt, kan het overlast beperken en reisvreugde vergroten. Hieronder enkele ideeën.

Herdefinieer je bucketlist, laat Top10-lijstjes los, volg de grote stroom niet

105 UNESCO-werelderfgoedplekken die lijden aan overtoerisme
Tegenwoordig is het overgrote gedeelte van de wereld al in kaart gebracht. Zo staan er ruim 1.100 bezienswaardigheden op de internationale UNESCO-werelderfgoedlijst die garanderen dat je iets bijzonders ziet. Deze lijst leidde er helaas toe dat een flink aantal van die locaties last kreeg van overtoerisme en nu onder de massa dreigt te bezwijken. De organisatie identificeerde zelf 105 van die plekken. Je kun ze beter vermijden.

Dat geldt ook voor zogenaamde ‘honeypots’, plekken die je zou moeten bezoeken. Van wie? Instagram bracht een stroom van bezoeken aan fotogenieke oorden op gang waarvan sommigen die het deden, achteraf stelden dat het niet per se de moeite waard was. Mijn vraag is sowieso waarom je jezelf in precies dezelfde pose, op precies dezelfde plek, onder precies dezelfde omstandigheden zou willen (laten) fotograferen als die honderden of zelfs duizenden anderen die het vóór jou deden. Of beter gezegd: die het jou voordeden. Zo individualistisch als het leven van nu zou zijn, zoveel ‘copy cat’-gedrag is zichtbaar op sociale media. Kom, trek je eigen plan. Doe wat anderen juist níet doen.

Al drie jaar achtereen stelt de Australische reisorganisatie ‘Intrepid’ (opgericht in 1988) rond deze tijd een Not Hot List op. De eerste was gericht op Europa, de tweede op Azië. Bukhara (Oezbekistan) was het nieuwe Angkor Wat, Ladakh de nieuwe Everest, Sumatra het nieuwe Borneo. Je kunt zelf naar alternatieven zoeken of je door derden laten assisteren.   

Als je graag natuurlandschappen bezoekt, zijn er alternatieven voor de overvolle locaties op Topxx-lijsten. Ook naburige, minder bekende maar even fraaie plekken van natuurlijk erfgoed zijn een bezoek meer dan waard. Giethoorn is mooi maar Weerribben en Steenwijk zijn ook prachtig. Little Venice in London is minstens zo pittoresk als de Italiaanse naamgever. Dat geldt evenzeer voor Colmar (Frankrijk) en Wrocław (Polen). Het vereist enig zoekwerk maar die moeite loont.

Gerede twijfel bestaat over de aanpak van cruisemaatschappij Fred Olsen. De kranten stonden vorige week vol met verhalen van boze toeristen die met hen op een Mystery Tour gingen. Cruiseschip Balmoral zou ‘hidden gems’ aandoen. 900 personen vonden dat een prima idee en lieten zich graag verrassen. (Bless them.) Voor circa €1.200 per persoon vertrokken ze uit Newcastle, op weg naar verborgen pareltjes als… Great Yarmouth, Duinkerken en IJmuiden. Tja. Idee: 10, uitvoering: 1 (voor de moeite). Fred & Co. sloegen de plank volledig mis.

Als je, ondanks alles, toch een toeristen-hotspot wilt bezoeken, kun je dat het best doen buiten het  hoogseizoen; de zogenaamde seizoensverbreding kan een locatie ontlasten. Op locatie kun je vroeg of juist aan het einde van de dag een bezienswaardigheid bezoeken om de hordes te ontwijken. Doordeweekse uitstapjes zijn doorgaans rustiger dan weekendtrips.

De Nederlanders Mandy en Hans Schrama-van Stokkom werkten hun ideeën over de aanpak van overtoerisme eveneens uit. Zij ontwikkelden Avoid CrowdsOp de website en in de app kun je een reisbestemming en datum invullen waarna het programma aangeeft hoe druk het daar in die periode is. De lijst van steden is nog niet heel uitgebreid maar er wordt hard aan gewerkt. Het programma geeft aanvullend aan of ter plekke sprake is van een vrije dag of schoolvakantie, of er bijzondere evenementen aan de gang zijn of zijn gepland en hoeveel cruisepassagiers in de haven zijn. Een staafdiagram geeft voor een opgegeven periode met kleuren rood en groen aan hoe het is gesteld met de drukte. (Die functie is nog in bèta-versie.) Je kunt ook alvast kaartjes bestellen voor iets dat je in de te bezoeken plaats wenst te zien en doen. De bedenkers lieerden zich met een bedrijf dat ‘skip the line tours’ organiseert.

Reis langzaam en ontspannen

Op reis gaan… wat is er fijner?! Wetenschappelijk onderzoek heeft aangetoond dat voorpret inderdaad dubbele pret is. Dus anticiperen op wat komen gaat, verhoogt de vreugde. Wat eveneens in studies is bewezen, is dat de ‘once in a lifetime’-vakantiereis (bijvoorbeeld om een maand naar Nieuw-Zeeland te gaan) niet per se gelukkiger maakt dan korte reizen die je meermalen per jaar onderneemt. Wetenschappers aan een Finse universiteit toonden met een onderzoek onder 54 toeristen aan dat een vakantie van iets meer dan één week (8 dagen, om precies te zijn) het grootste geluksgevoel en de meeste ontspanning teweegbrengt. Zij stellen dat je niet langer hoeft te gaan want beter wordt het niet.

Tijd is van onschatbare waarde. Dat ontdekte ik pas toen mijn liefje en ik stopten met werken en we plotseling zeeën van tijd kregen. Je wordt reiziger in plaats van toerist en dat is geen semantische kwestie, wat mij betreft. Het was een van mijn favoriete reisboekenschrijvers Paul Theroux die zei tourists don't know where they've been, travellers don't know where they're going.” Reizen wordt belangrijker dan het bereiken van een specifieke bestemming. Je maakt de wereld er wellicht niet beter op maar van reizen word je een beter mens. De Amerikaanse auteur Mark Twain (1835-1910) zei dat het dodelijk is voor vooroordelen, intolerantie en kleingeestigheid. Ik spiegel mij eraan.

Met de routeplanningsfunctie van Google Maps (te voet, op de fiets en in de auto) en met Google Translate (realtime en offline-vertalingen in meer dan 100 talen) op de smartphone kun je bijna overal zorgeloos de toerist uithangen.

Reis in klein gezelschap, ga op pad met de lokalen, verblijf bij hen, leer over lokale gewoonten en gebruiken en spreek de taal (een beetje)

De beelden van Giethoorn waar ontelbare boten met grote groepen Aziatische toeristen het waterwegnet verstoppen… dat is voor geen enkele toerist de leukste manier van reizen. Je kijkt zelf constant tegen de rug van een medereiziger aan, zijn of haar selfiestick staat ongewild op al jouw foto’s. Lokale inwoners zien jouw groep liever gaan dan komen. Het is begrijpelijk waarom iemand in groepsverband wenst te reizen, bijvoorbeeld vanwege taal maar dat hoeft tegenwoordig geen probleem meer te zijn. Met een (gratis) taalapp als Duolingo is het een fluitje van een cent om een vreemde taal te leren. Je hoeft er niet op af te studeren, een mondje lokaal is toereikend. Residenten zullen jouw inspanning zeer waarderen.

Mijn liefje en ik trekken doorgaans als twee-eenheid door de wereld. Sinds we veel vrijetijd hebben, nemen we ruim de tijd om een land te verkennen. Al jarenlang doen we dat bij voorkeur ‘off the beaten track’; vaak letterlijk over onverharde wegen. Vroeger voegden we ons nog weleens bij een klein reisgezelschap maar dat is verleden tijd. In plaats van meegaan met de stroom, reizen we nu bij voorkeur op de wind. Op een klein aantal bestemmingen (Sulawesi en Sri Lanka) namen wij een lokaal reisbureau in de arm om voor ons een specifieke rondreis te organiseren en te begeleiden. Wij droegen zelf de ideeën aan. Dat kan duurder uitpakken maar verschaft veel meer vreugde. Een reis wordt op deze manier persoonlijker en leerzamer. Als je met lokalen op pad gaat, leer je de gewoontes en gebruiken van een land beter kennen.

Op de website van Tours by Locals kun je zien, door op een interactieve wereldkaart de gewenste reisbestemming aan te klikken, of de diensten van een lokale gids worden aangeboden. Als jouw exacte reisbestemming er niet bij zit, wanhoop dan niet. Ze hebben wellicht tòch een lokale persoon die als gids kan dienen. Het programma geeft een opsomming van alle tours, met toelichting, duur en prijs.

Personen die zijn geïnteresseerd in het delen van culinaire ervaringen met lokalen, kunnen al jaren gebruik maken van Eat WithHet bedrijf werd in 2014 opgericht door een jonge Française Camille Rumani en haar zakenpartner. Het groeide in enkele jaren uit tot een wereldwijd culinair platform. Daar kun je uitzoeken wie zich, in meer dan 130 landen, ter plaatse aanbiedt voor lunch, bruch, diner of een zogenaamde ‘wow-ervaring’. Je kunt er tevens lokale kooklessen en culinaire tours boeken. Uit eigen ervaring weet ik hoe leuk iets dergelijks is. Er is tevens een telefoonapp beschikbaar. Je moet wel een account aanmaken om van deze dienst gebruik te maken.

Alles welbeschouwd, is het opmerkelijk dat het thema van dit jaar over banen en economische groei gaat terwijl overtoerisme al enkele jaren wereldwijd een hete aardappel is. Zelf had ik dan ook anders gekozen.


maandag 23 september 2019

Groot denken, klein doen

Een vriend die minstens zoveel leest als ik was afgelopen weekend jarig en organiseerde een verjaardagsfeestje op het terras van zijn vakantieappartement. Het was tijdens die gelegenheid dat hij mij complimenteerde met mijn blogs. Hij vindt dat ik goed schrijf, een leuke stijl hanteer en boeiende onderwerpen kies. Ik was blij met zijn mening. 
Er staat een app op mijn blog die lezersstatistieken bijhoudt. Mijn liefje volgt die op de voet en plaagt mij regelmatig met mijn beperkte lezerspubliek. Ze lijkt er een duivels plezier in te hebben dat feit regelmatig onder mijn neus te wrijven. Eerlijk is eerlijk: zij is ook degene die een piek in lezersaantallen meldt. Met een vriendin als zij heb je geen andere criticaster nodig. Zelf volg ik de Google-statistieken achter het scherm. Ik ben op zich niet ontevreden over de spreiding maar meer lezers zou -inderdaad- mooi zijn.

Terwijl ik dit typ, bedenk ik dat er 500 miljoen bloggers op het web actief zijn en dat er 152 miljoen blogs als de mijne bestaan*. Dat zet deze kwestie in perspectief. Als je elke dag tien van die blogs zou lezen, zou je ruim 41.000 jaar moeten leven om ze allemaal tot je te nemen. Elke halve seconde wordt een nieuwe blogpost gepubliceerd. Een kwart van alle sites op het web bestaat uit blogs, 66% ervan wordt in het Engels geschreven. Daar zit je dan met een Nederlandstalige blog, over het leven van een bijna 60-jarige Hollandse in het buitenland... Tja.

Als alfavrouw(tje) was ik altijd bezig met taal. Lezen was in mijn prille jeugd al mijn grootste hobby en is dat nog steeds. Ik ging letteren studeren en mocht mij uiteindelijk literatuurwetenschapper noemen maar mijn beroep maakte ik er niet van. Na een radicale omscholing belandde ik in de advieswereld. Meer ICT-opleidingen volgden;  ik vond een nieuwe bestemming. Als consultant schreef ik in de jaren '80 en '90 van de vorige eeuw met mijn toenmalige baas (ex-IBM’er) boeken over automatisering, computernetwerken, databeheer en -beveiliging en aanverwante zaken. Die zijn al heel lang niet meer bij boekhandel De Slegte te vinden. Een blauwe maandag was ik zelfs mede-eigenaar van een kleine uitgeverij. Dat alles legde mij minstens één windei.

Al met al is het niet verwonderlijk dat bloggen een geliefde hobby werd nadat ik stopte met werken. Het enige dat de pret soms drukt, is (dus) het aantal bloglezers. Ik speel af en toe met de gedachte ermee te stoppen. Waarom zou je iets blijven doen als bijna niemand erop zit te wachten? Bloggen functioneerde in eerste instantie als creatieve uitlaatklep. Ik realiseerde mij weldra dat het een goede manier is om vrienden en familie elders op de hoogte te houden van het reilen en zeilen als je zelf buiten de landsgrenzen woont. Voorlopig ga ik met plezier door.

Ik vertelde deze vriend dat mijn blogs dit jaar ongemerkt en onbedoeld langer werden. (Merkte jij dat al op?) ‘Size matters’ alhoewel lengte niet garant staat voor kwaliteit. Zo lastig als ik het vorig jaar bij tijd en wijle had qua inspiratie, zo gemakkelijk lijken de blogs dit jaar uit mijn vingers te vloeien. De gemiddelde lengte van een weblog ligt rond 1.200 woorden. Dat aantal haal ik inmiddels ruimschoots, zonder noemenswaardige inspanning. (Deze blog is van die lengte.)

In 2014 besteedde een blogger gemiddeld 2.5 uur aan een blogpost, vorig jaar steeg die inzet naar 3.5 uur. We zijn met elkaar goed voor 1.750.000.000 uren noeste arbeid. Hoe is het mogelijk?! Laat dat nu net zoveel zijn als de Schepper nodig had om de aarde in te richten?! Toeval bestaat. Echter, de gemiddelde lezer besteedt slechts 37 seconden aan een blogpost. Reden voor enig zelfmedelijden is dus terecht. De populairste leestijd ligt tussen 7 en 10 uur 's ochtends. Dat is ook de tijd waarin ik doorgaans blog. Al blink ik niet uit in aantal lezers, qua doorzettingsvermogen verdien ik een lintje. 34% van alle bloggers doet het korter dan een jaar. 20% van alle bloggers zit in mijn leeftijdcategorie (50-59 jaar). Nog eens 20% is 60-plusser. Kennelijk is het zoals deze vriend stelt: we maakten inmiddels het een en ander mee en hebben daarom veel te melden.

De Amerikaan Justin Hall (1974) is de oervader van ons, bloggers. Hij begon in 1994 met zijn ‘Links from the Underground’; daarop schreef hij over het studentenleven, met veel aandacht voor zijn seksuele escapades. In 1999 werd een documentaire aan hem gewijd. Hall stopte met bloggen in 2005. Hij deed het elf jaar, net zoveel als ik nu. Dit jaar kwam er een rerelease van die documentaire. Hall had als blogger nooit het verlangen rijk te worden, hij kwam uit een bemiddeld gezin. Wel claimde hij destijds met weinig geld een aantal webadressen die nu een klein vermogen waard zijn. Vorig jaar lanceerde hij een van die websites (bud.com) waarvan hij thans Chief Technology Officer is. Via die site kunnen Californiërs nu cannabis voor recreatief thuisgebruik bestellen.

Zelf dacht ik niet dat ik ooit bloggend rijk zou worden. Ik verkoop niets, heb geen specialisme; dat past niet bij mijn karakter en mijn brede interesse. Google kwam in de begintijd nog weleens met de vraag of ik wilde adverteren. Ik heb niets tegen geld verdienen maar ik wil graag zelf bepalen wat er valt te lezen en te zien op mijn blog. Ga je principieel doen en dan staat er ineens iets tegenstrijdig (of erger: verwerpelijk) op het scherm. Ik moet er niet aan denken. Overigens verdient slechts 2% van alle bloggers meer dan USD$150.000 per jaar. Ik schaar mij bij de 69% van hen die nul, nada, noppes verdienen met hun online bezigheid. Maar ik ben de koningin te rijk met elke lezer, vooral de trouwe!

Diezelfde vriend vroeg of ik ooit nog een boek ga schrijven. Hij zou het direct kopen!  Ik meldde dat ik hem met liefde een exemplaar zou schenken. Maar nee, dat ambieer ik niet. Niet meer. In een ver verleden dacht ik er weleens aan een serieuze literaire poging te doen. De lat lag destijds hoog. Ook vandaag de dag ben ik nog uiterst kritisch als het om literair gehalte gaat. Tegenwoordig zijn er zoveel mensen die boeken schrijven. Waarom jij dan niet?Deze vriend is van de aanhoudende soort… “Dáárom juist” was mijn repliek. Groots zijn is moeilijk maar middelmatig zijn nóg moeilijker. 

Ik vertelde hem dat ik als jonge schrijfster een erotisch verhaal naar een vrouwenblad stuurde. Ik kreeg geen respons maar weken later publiceerde het een verhaal dat verdacht veel op het mijne leek; exact dezelfde plot en dezelfde situatie maar dan met andere namen. Die wereld kent kennelijk ook schurken. Een reisboek publiceren, zou nog een optie zijn. Als ik mijn bestaande reisblogs bundel, smeuïger maak en uitbreidt, met een voor- en nawoord en een zelf ontworpen boekomslag kan het zó worden uitgegeven. Zelfs in eigen beheer! Meer zit er echt niet in en daar heb ik vrede mee.

Op datzelfde feestje vertelde ik een andere vriend dat de ideale baan van Barefoot Bookseller in een pop-up boekwinkel van een luxe resort op de Maldives definitief aan mijn neus voorbijging. Een mens krijgt wat teleurstellingen te verduren in het leven! Ik ontving weliswaar geen afwijsbrief maar het organiserend bedrijf meldde dat ze zóveel sollicitaties ontvingen dat ze geen tijd en zin hebben om alle geïnteresseerden een dergelijke brief te sturen. Het is bijna 1 oktober, op die dag begint de droombaan. Ik ben heel benieuwd wie de uitverkorene is.

Uit compassie stuurde deze vriend mij een artikel uit het Financieel Dagblad door, getiteld The Open Book. In het Schotse boekenstadje Wigtown kun je een vakantieappartement huren en daar krijg je de sleutel van de tweedehandsboekwinkel op de begane grond bij. Het liep storm, het is tot eind 2022 volgeboekt. Journalist Stephanie Pander bedelde en slaagde er vorige maand in de laatste vier vrije dagen van dit jaar te reserveren. Jaloersmakend! Ze schreef een leuk artikel over de ervaring. Ze kreeg de sleutel van het geldkistje en het grote opschrijfboek waarin ze het aantal klanten en de verkopen moest noteren. Ze mocht als tijdelijke boekhandelaar zelf bepalen wanneer de winkel opent en sluit maar mocht niets aan de prijsstickers veranderen.  

Pander ontmoette koekjesoma Nanette, mysterieuze Margie Tolstoj en cynische boekverkoper Shaun Bythell in levenden lijve. Bythell is eigenaar van een andere tweedehandsboekwinkel in dezelfde Nationale Boekenstad van Schotland (‘The Bookshop’) en schreef daarover een dagboek waarvan het recht op verfilming onlangs werd gekocht. Allen zijn zij aanwezig op het Wigtown Book Festival dat van 26 september t/m 6 oktober zal worden gehouden. Het festival groeide in 20 jaar uit tot een van de meest geliefde literaire festivals van Schotland. Pander is terug op vaderlandse bodem. Groot denken maar klein doen is een mooi credo.

* Deze en andere statistieken zijn afkomstig van een blog getiteld ‘99 Need-to-Know Blogging Statistics in 2019’.


vrijdag 20 september 2019

De meeste mensen deugen

Begin van deze maand begon ‘De Wereld Draait Door’ (DWDD) weer met zijn uitzendingen van dit seizoen; alweer het 15de. Mijn liefje en ik zijn groot fan van dit onderhoudende programma. Vanaf dag een wist het de spijker weer op zijn kop te slaan met onderwerpen van hoge nieuwswaarde, interessante gasten en veel aandacht voor boeken en muziek. Spekkie naar ons bekkie.

Een van de interessante onderwerpen vond ik tot nu toe de bespreking van het recentste boek van Rutger Bregman (1988). Van Nieuwkerk sprak waarderend over het boek, getiteld ‘De meeste mensen deugen’ (ondertitel ‘Een nieuwe geschiedenis van de mens’). Historicus en auteur Bregman, pleitbezorger van een basisinkomen voor iedereen, werd tijdens het Wereld Economic Forum 2019 in Davos een mediasensatie. Hij stelde daar de kritische vraag waarom hogere belasting voor de allerrijksten geen geagendeerd gespreksonderwerp was. Het werd hem niet in dank afgenomen.

Bregman houdt ervan te prikkelen en te provoceren en dat doet hij doorgaans met overtuiging en humor. Na zijn spraakmakende bijdrage werd hij uitgenodigd voor een TED Talk, voor interviews op tv en in vooraanstaande bladen in binnen- en buitenland. The Guardian doopte hem The Dutch Wunderkind of New Ideas. Even steeg het hem naar het hoofd maar zijn familie- en vriendenkring zette hem weer met beide voeten op de grond.

De auteur maakt als journalist deel uit van het online platform De Correspondent. Hij werkte vier jaar aan dit boek. Ik veerde op bij het onderwerp. Wie is nu niet geïnteresseerd in een nieuwe geschiedenis van de mens?! In dit boek verweefde Bregman de jongste inzichten op een eeuwenoude vraag of de mens goed of slecht is. Voor zijn vernieuwende antwoord putte hij onder andere uit de filosofie, psychologie, economie, biologie en archeologie.

Een recente Volkskrant-column van Max Pam over Bregmans boek had in de kop woorden als leerzaam en aandoenlijk, “al waan je je als lezer soms een leerling op de zondagsschool”. Bregman schrijft een paar keer dat hij domineeszoon is. Zo krijgt hij  vertrouwen in de mens met de paplepel ingegeven. Toegegeven, het boek doet soms braaf aan maar ik las het in één ruk uit. Interessant!

Lange tijd namen we aan dat de mens een egoïst, een beest of erger is. Lange tijd geloofden we dat de beschaving een dun laagje vernis is dat bij het minste of geringste zou barsten. Bregman is van mening dat dit niet klopt: de mens deugt. Ondanks al het kwaad in de wereld zijn wij als mens intrinsiek goed.

Die gedachte liet ik op mij inwerken. Ik moet eerlijk bekennen dat ik in de afgelopen jaren somberder werd door het aantreden van bepaalde politieke leiders op het wereldtoneel. De dag na Trumps presidentiële verkiezing had ik een kater van hier tot Washington DC. Dat was niet alleen omdat hij mijn favoriet versloeg, het was om wie hij is en hoe iemand met zijn gedrag op die positie kan komen. Zijn leugens, racisme, corruptie, hebzucht en misogynie zijn ongekend in een presidentskandidaat...

Die kater veranderde weldra in een continue staat van verbijstering waarin ik mij tot op de dag van vandaag bevindt. Via dagelijkse tweets, leugens op sociale media en giftige reacties op nieuwsberichten pompt hij haat in de samenleving. Die van Amerika en van de rest van de wereld. Hij bleek een gevaarlijke precedent te scheppen. Dat hij nu schaamteloos -en kennelijk straffeloos- zegt voor een derde regeringstermijn te willen gaan, wetend dat dit ongrondwettelijk is, is tenhemelschreiend. Hoe kan het dat niemand aan conservatieve zijde, ooit toonbeeld van fatsoen en degelijkheid, tegen deze gedragingen en praktijken opstaat? Trump is voor mij dé belichaming van wat er fout is in deze wereld, het prototype van een persoon met een ernstige programmeerfout in zijn natuur èn zijn opvoeding.

En nu beweert Bregman dus (impliciet) dat ook deze Trump deugt? En Poetin? Boris Johnson? Jair Bolsonaro? De Kims van Noord-Korea? Jozef Stalin? Voorzitter Mao?  De leiders van Al-Qaeda? De oprichters van Islamitische Staat? De mannen van Boko Haram? Ja, zelfs Adolf Hitler? (Ik bedacht mij dat de titel refereert aan ‘De meeste’ niet ‘alle mensen’…) Daar moest ik het mijne van weten.

Bregman maakte een lange en verre reis langs wetenschappers en hun experimenten.  Hij betrok werk van andere, bijzondere personen bij de onderbouwing van zijn stelling. De auteur komt van ver. Onderzoeken en cijfers die hij in zijn eerdere boeken en artikelen nog gretig aanhaalde, werden voor dit boek opnieuw onder de loupe genomen. Sommige bleken het hernieuwe inzicht niet te doorstaan. Het is ondoenlijk om alle wetenswaardigheden van de 320 pagina’s en 50 pagina’s tellende voetnoten weer te geven. Degene die zich voelt aangesproken c.q. aangetrokken, moet dit boek zelf lezen. Je wordt er een beter mens van.  

Hieronder vind je voorbeelden die Bregman aanhaalt en die in meer of mindere mate zouden aantonen dat de mens door en door slecht is.

De theorie van de Engelse wijsgeer Thomas Hobbes (oervader van de conservatieven en realisten). De vernistheorie (beschaving is maar flinterdun). ‘Il Principe’ van Niccolò Machiavelli. Het experiment van psycholoog Stanley Milgram (de mens laat zich gedachteloos meeslepen door het kwaad). Het Stanford Prison-experiment van psycholoog Zimbardo. Het Golem-effect (hoe nachtmerries werkelijkheid worden). De Broken Windows-aanpak van William Bratton die leidde tot agressief politie-optreden en overvolle gevangenissen in de VS. Christoffel Columbus die de mensenhandel begon. De theorie van de egoïstische bewoners van Paaseiland die hun eigen beschaving zouden hebben vernietigd. Het omstanderseffect. De aanslagen van 9/11. Het bloedbad van Anders Breivik in Noorwegen. Slavendrijvers. Oxytocine als hormoon van ‘eigen volk eerst’. De aanname dat als je mensen behandelt als tuig, ze tuig zullen zijn’. En: de Holocaust. In het boek haalt Bregman de Amerikaanse psycholoog Milgram aan die ooit zei als er een systeem van concentratiekampen zou worden opgezet in de Verenigde Staten dan zou men genoeg personeel voor deze kampen kunnen vinden in een doorsnee Amerikaanse stad.

Een rode draad in zijn boek is het ontstaan van een nieuw soort mens: ‘Homo Puppy’. Volgens Bregman verklaart het Puppy-experiment van de Amerikaanse professor Brian Hare hoe de mens de aardigste soort op aarde werd. Een opvatting waarin de auteur zich met overtuiging vastbijt. Enkele voorbeelden.

De theorie van de Franse filosoof Jean-Jacques Rousseau (oervader van de progressieven en idealisten). De contacthypothese: ‘bekend maakt bemind’. De Platinum Leefregel. Nelson Mandela. Possibilist en Nobelprijswinnaar Elinor Ostrom. The Commons, heel diverse samenwerkingsverbanden. Agora, de spelende school. ‘Survival of the Friendliest’ (het zijn juist de meest empathische personen die komen bovendrijven als leiders). Organisatie ‘Buurtzorg’ van Jos de Blok. De theorie van William Mulloy (over de ontvolking van Paaseiland). Het Pygmalion-effect: verwachtingen van leraren sturen prestaties van leerlingen in positieve richting. Een clubje Colombiaanse reclamemakers leerde ons een oude les: ‘wie het goede zaait, zal het goede oogsten’ (ze hielpen bij het staakt-het-vuren met FARC). Community Policing: een filosofie die in Europa wordt aangehangen, waarbij politie-agenten nauw samenwerken met hulpverleners. De filosofie achter de beste gevangenis van Europa -misschien wel van de wereld- in Bastoy, Noorwegen. Het ‘Permanent Fund Dividend’ in Alaska. Werk van babywetenschapper Kiley Hamlin (zuigelingen kennen het verschil al tussen goed en slecht). De gezamenlijke kerstviering van Duitsers, Britten en Fransen in de Belgische loopgraven tijdens de Eerste Wereldoorlog in 1914.

Op basis van deze en andere voorbeelden concludeert Bregman dat de mens van nature goed is. We zijn geen egoïstische dieren die van bovenaf moeten worden gecontroleerd, gereguleerd en gedresseerd. Maar misantropie (denk aan de vernistheorie) is een zombie die weigert te sterven. Degenen die het opnemen voor het goede in de mens worden nog te vaak als naïef, onnozel of zwak afgeschilderd.

Dus weg met cynisme, hulde aan empathie, compassie en samenwerking! Bregman vindt compassie overigens effectiever dan empathie. Compassie kost geen energie, is beheerster, afstandelijker en constructiever. Je deelt niet in het leed van de ander maar het helpt je wel om diens leed te zien en vervolgens in actie te komen. Dat is ook iets dat ik in mijn oren knoop.

Mijn liefje en ik lazen dit boek een tijdje synchroon, ieder op de eigen reader. Zei de een tegen de ander: “we deugen toch!” (Mag jij raden wie die een was...) Zij is nog niet uitgelezen, ik inmiddels wel. Het boek leverde veel gespreksstof op in huize Barefoot. Bregman droeg een grote hoeveelheid wetenschappelijk bewijs aan waaruit blijkt dat het positievere mensbeeld realistisch is. Hij is van mening dat het nóg realistischer kan worden als we erin gaan geloven. Hij plantte een zaadje, een krachtig en machtig zaadje... We hebben auteurs als hij en gedachtegoed als dit hard nodig in sombere tijden als deze! Dit is voor mij een van de beste non-fictieboeken van 2019. Een absolute aanrader. Ik vond het leerzaam maar vooral overtuigend en verheffend.

P.S. Die Trump is zo ‘bad hombre’ nog niet! Onlangs stuurde hij veiligheidsadviseur en havik John Bolton de laan uit. Hij was klaar met die querulant “die alleen maar oorlog wil”.


maandag 16 september 2019

DANA en erna

Eigenlijk wilde ik overgaan tot een ander onderwerp dan het recente noodweer maar het is op menige plek zo dramatisch dat ik er nog een blog aan wijdt. Sinds gisteren wordt ook een 66-jarige Nederlandse vakantieganger vermist die in Dolores in een afwateringskanaal viel en door het water zou zijn meegesleurd. 
In de afgelopen dagen ontdekte ik dat het begrip ‘gota fría’ in de Spaanse pers was vervangen door DANA, een acroniem dat staat voor ‘Depresión Aislada de Niveles Altos’. Een geïsoleerde depressie op grote hoogte. Velen kregen er last van! Het is ook een eerbetoon aan de Spaanse meteoroloog Francisco García Dana die in 1984 overleed.

Dana klinkt vriendelijk maar schijn bedriegt: dit was de allerergste koude druppel in de geschiedenis van weerdienst AEMET, de slechtste gota fría in de Spaanse geschiedenis. Ik kende Dana tot nu toe alleen van de Ierse zangeres die in 1970 het Eurovisie Songfestival won met het lied ‘All kinds of everything’ en de transseksueel Dana International uit Israël die dat in 1998 deed. We hebben er dus een Dana bij en zij bleek deprimerend onaardig...

Van vrienden ontvingen we foto’s van sneue situaties die ze hier met eigen ogen aanschouwden. De lijn tussen nieuwsgierigheid en ramptoerisme is dun. Ik denk dat mensen drang voelen om zelf te weten wat er gebeurt. We kregen het met de evolutie mee: gevaren inschatten om te kunnen overleven. Er zijn psychologen die zelfs menen dat we onze eigen doodsangst kunnen bezweren door naar de ramp van anderen te kijken. Tja. Er kwam in de afgelopen dagen een vorm van ramptoerisme op gang waaraan ik mijzelf ook schuldig maakte, al trok ik er niet op uit. Zoals elke dag, liepen we ook de dag na Dana door onze woonwijk en langs het strand. We troffen vooral vernieling door natuurgeweld aan. Ik weet één ding zeker: ik voelde geen opluchting dat wijzelf het er goed vanaf brachten.

Lomas de Campoamor, ons voormalige woonoord in de heuvels, kreeg erg veel water te verstouwen. Appartementen van enkele vrienden liepen fikse waterschade op. Direct of indirect. Wij maakten dat daar in het verleden zelf ook mee. 

Dehesa de Campoamor, het nabije dorp aan zee, werd nog harder getroffen doordat de río Nacimiento woest buiten de oevers trad. Een video van het kolkende water aldaar haalde gisteren zelfs het achtuurjournaal op de Nederlandse televisie. De oversteekplaats waarover mijn liefje en ik honderdduizenden stappen zetten, hing er als een uitgebeende zebra bij. Een karkas…
De boulevard waarover we ontelbare keren samen en met vrienden naar restaurant ‘Montepiedra Playa’ liepen, werd onbegaanbaar en verdween deels in het water. Het strand van La Glea is niet meer. Herstel gaat maanden duren. Ik zie de werkzaamheden die in het gehele gebied Orihuela Costa nodig zijn extra somber in aangezien het gemeentebestuur de handen overvol heeft aan de reparaties aan Orihuela-stad. Orihuela Costa komt al jarenlang -onterecht- op de tweede plaats, zowel qua budget als qua onderhoud. Kasian.

Bij ons staan de ramen en deuren inmiddels weer wijd open, het tuinmeubilair is grondig afgespoeld, het terras aangeveegd. Planten en bloemen die in potten stonden, verdronken helaas. Regen is zeker goed voor de natuur en vult de stuwmeren en kleinere waterbekkens aan voor drogere tijden maar de stortbuien die we in de afgelopen dagen op onze koppies kregen, ruïneerden de natuur. Bovendien spoelde veel vruchtbare aarde weg. Op de landerijen die om onze gemeente heen liggen, kwamen jonge gewassen te lang onder water te staan. Ik ben benieuwd hoe funest dit zal zijn voor deze oogst.

Afgelopen weekend las ik een interessant artikel in NewScientist van een groep Utrechtse wetenschappers die precies onderzocht hoe planten en gewassen een overstroming doorstaan. Net als mensen hebben planten zuurstof nodig om te overleven. Als ze onder water staan, gaan ze dood. Het onderzoeksteam simuleerde een overstroming in het laboratorium en experimenteerde met een stadsplantje, de zandraket. In deze plant hoopt zich gasvormig ethyleen op. Die stof zet een moleculair mechanisme in de plantcellen in gang waardoor ze met minder zuurstof toe kunnen.

In het laboratoruim blies men vier uur lang ethyleengas in een afgesloten ruimte met zandraketten. Tegelijkertijd werd een rij planten van dezelfde soort uitsluitend aan normale lucht blootgesteld (de controlegroep). Beide groepen kregen vervolgens urenlang lucht zonder zuurstof om de omstandigheden tijdens een overstroming na te bootsen. De wortels van de zandraketten die waren blootgesteld aan de extra dosis ethyleengras bleken sneller en beter terug te groeien dan die van de niet-voorbewerkte exemplaren.

Met hun studie toonden de wetenschappers heel precies aan welke genen en eiwitten een rol spelen bij de aanpassingen van de planten aan een overstroming. Deze bevindingen brengen biologen dichter bij de mogelijke bescherming van planten tegen overstromingsgevaar. Zo kunnen toekomstbestendige gewassen worden geweekt die beter zijn opgewassen tegen deze vorm van natuurbeschadiging. Het lijkt wellicht een oninteressante studie maar deze bevindingen zijn heel belangrijk. Zeker nu ik de jefe van de weersvoorspellingen van AEMET op tv hoorde zeggen dat dit soort intense, extreme buien in de toekomst niet kunnen worden uitgesloten. Vooruitzien is regeren!

Even waande ik mij resident van een ontwikkelingsland toen we de beelden van het ondergelopen achterland via drones en vanuit bemande helicopters op het Spaanse journaal zagen. Spaanse meteorologen zijn het roerend met elkaar eens dat hun land niet is voorbereid op weer van dit extreme type. Ze constateren dat de buien in deze tijd van het jaar telkens heviger worden. Spaanse geografen zijn van mening dat er in het hele land sprake is van haperende ruimtelijke ordering, slechte stads- en gemeenteplanning en achterstallig onderhoud aan rivierbeddingen en -hellingen. Dat vind ik understatements van het jaar.

Veel belangrijker is de vraag hoe men die put gaat dempen. In 2003 stelde de autonome regio Valencia (de onze) een actieplan op waarmee natuurlijke risico’s als overstromingen moesten worden voorkomen of beperkt. Iedere gemeente moest zelf de benodigde maatregelen plannen en uitvoeren. Voor iedere gemeente gold in meer of mindere mate dat het regen- en rivierwater moest worden gekanaliseerd.

In onze omgeving ligt het natuurpark Río Seco dat werd gevormd tijdens het Plioceen (de periode vóór het Pleistoceen). Zo’n 20 miljoen jaar geleden was dat een groot, ondiep platform aan de kust waarop zich in de loop van de tijd afzettingen van zee-organismen vormden. De gemeente organiseert in het voor- en najaar wandelingen door dit mooie natuurgebied maar je kunt er gemakkelijk zelf op uit. (Nu niet doen, hoor!)

Als we in dagen zoals deze spreken over de río seco gaat het over het, door de mens aangelegde afwateringssysteem waarin neerslag en rivierwater uit de omgeving wordt opgevangen en naar de Middellandse Zee wordt afvoerd. Onze gemeente nam die maatregelen op tijd. Jaren eerder legde men een breed, open kanaal naar zee aan waarin je het grootste deel van het jaar kunt wandelen, fietsen, rolschaatsen en de hond uitlaten. Het laatste stuk betrof de constructie van de verbindingen vanuit het achterland en het centrum naar de buis die naar de kust leidt. Het was die actie die recent veel huizen droog hield.

Dana-water stroomde weliswaar door onze straten maar geen huis liep onder, niemand werd geëvacueerd. Andere gemeenten waren minder fortuinlijk. De militaire hulpdienst UME dook dit weekend op om de zwaarder getroffen woonwijk net over de provinciegrens (Murcia) te helpen bij het schoonmaken. Die straten zijn gesperd, de modder ligt daar tenminste tien centimeter dik. Wij hebben weer blauwe lucht en code Groen. De zee oogt echter nog oranje. Chiringuito Ramon is open, zij het beperkt.


zaterdag 14 september 2019

Kaplaarzen uit de kast

Het is niet zo dat we niets meemaken als we thuisblijven… Afgelopen dagen was het weer hier bar & boos. We maakten ons op voor noodweer en dat stelde niet teleur. Op de avond van de aflasting van mijn liefje’s verjaardagsfeestje werden we in een restaurant uitgenodigd door onze vrienden Joan & Ben. Wij stelden de feestviering een week uit vanwege het weer, zij besloten dat er die avond tóch iets moest worden gevierd. Een lief gebaar. Onze familie in Bali vierde die dag wel/ook. We ontvingen een foto van alle vijf met feestmuts op, taart etend. Dat was nadat ze de jarige Jet meerkelig toezongen. Binnen in het Aziatische restaurant was het gezellig, druk en lekker, buiten werd de lucht elke minuut fel verlicht. Het donderde en bliksemde dat het een aard had. De hevigste flitsen en klappen ontweken we zo.

Toen we later die avond over de N-332 naar huis reden, was het uitzonderlijk rustig op de weg. Mensen gaven kennelijk gehoor aan de oproep van hulpdiensten. Die weg  wordt op een deel van het traject geflankeerd door de AP-7 die hier en daar onder de kustweg doorloopt. De waarschuwingslampen op de autopista knipperden ter hoogte van de tunnel bij onze woonplaats. Naast een oplichtend waarschuwingsbord stond dat er al sprake was van inundatie (de tunnel was ondergelopen) en dat je je snelheid moest aanpassen. Ook ik reed beheerst terug naar het Spaanse honk, hier en daar zigzaggend om aguaplaning te vermijden.

Het onweer ging uren door, af en toe zag ik indrukwekkende schichten boven ons huis. De regenbuien waren in de nacht van donderdag op vrijdag ongekend heftig. Eerst kwamen ze loodrecht naar beneden, later striemden ze de gevel en de ramen horizontaal, uit verschillende windrichtingen. De wind wakkerde flink aan en draaide als een tol. De ene keer hoorde je het geroffel op het dak, het volgende moment tikten druppels hard tegen de rolluiken van de slaapkamer. In enkele uren tijd viel circa 200mm neerslag per m2 op ons dak; met een uitschieter van 80mm in slechts één uur. Je wordt na een tijdje kriegel van al die geluiden. In zo’n nacht kom ik niet verder dan de waakstand. Elk afwijkend geluid(je) schudt mij wakker.

Om zes uur 's ochtends vond ik het welletjes. Het was de hoogste tijd voor een rondje door het huis. De regen kwam nog steeds met bakken uit de lucht. Het klonk als oorverdovend tromgeroffel op het dak van onze aangebouwde eetkamer. Binnen bleef het droog, er was geen schade te bekennen. Joehoe! Opgelucht trok ik de tussendeuren achter mij dicht. In de woonkamer wachtte mij een leuker tijdverdrijf. Momenteel lees ik namelijk het boek ‘Een bevlogen jaar’ van vogelaar Arjan Dwarshuis (1986). 2016 is zijn ‘Big Year’. Hij gaat dan op pad voor een wereldwijde recordpoging vogelkijken. Hij vestigt een record door in 366 dagen 6.852 vogelsoorten te horen, zien en vastleggen. In het boek zit hij op dat moment drijfnat, doodmoe en vuil in de  regenwouden van Borneo, Papoea-Nieuw-Guinea en Sulawesi in een doorweekte tent, wachtend op het gezang of de verschijning van zijn gevederde vriendjes. Soms wacht hij urenlang maar valt er niets te zien.

Hier viel die ochtend ook af en toe het licht uit. Op een zo’n moment wierp ik een geconcentreerde blik naar buiten. Groot was mijn verbazing toen ik bruin water met grote snelheid door onze straat zag stromen. Ons gemeentebestuur investeerde afgelopen jaren tonnen in de verbetering van de infrastructuur in het stadscentrum. Overvloedig regenwater zou na deze aanpassing niet meer naar ongewenste plekken stromen maar zou worden afgewaterd naar de río seco (droge rivier) die langs de gemeentegrens naar zee loopt. Dit noodweer toont maar weer aan hoeveel plekken in Spanje zoiets nodig hebben.

Tot nu toe was onze straat in deze wijk aan zee tijdens elke gota fría droog gebleven. Nu dus niet. Enkele Spaanse buren met meer ervaring hadden hun auto’s uit voorzorg al op het trottoir geparkeerd. Het water steeg tot aan de trottoirband, de wielen van onze bolide stonden voor de helft onder water. Ik hoefde mijn snorkel niet op te zetten maar laarzen waren geen overbodige luxe. Later stuurde ik de auto eveneens op de stoep, met kaplaarzen aan mijn voeten. Geen ideale autoschoenen maar de manoeuvre vergde geen stuurvrouwkunst. 's Ochtends vroeg waren er straten waar het water hoger stond dan de rand van mijn laarzen. Al viel de wateroverlast uiteindelijk mee, in onze straat viel alsnog een slachtoffertje te betreuren. Toen het water zakte, ontdekte ik een met modder besmeurde huismus in de goot. Verdronken.

Ter hoogte van onze woonplaats moest de brandweer met een opblaasboot en waterscooter passagiers uit gestrande auto’s bevrijden uit de tunnel op de AP-7. Het bericht haalde zelfs de Telegrof! De waterstand in beide tunnelbuizen bereikte op dat verzonken stuk weg een hoogte van wel 2 meter. Chauffeurs stonden, naar verluidt, op het dak van hun stalen ros. De brandweerlieden hadden er hun handen vol aan. Ik begrijp niet dat de tunnel niet werd afgesloten. Sommige weggebruikers moet je nu eenmaal tegen zichzelf beschermen… Ironisch genoeg was een van de auto’s die er kwam vast te zitten, van ons vroegere bedrijf voor zwembadonderhoud. Geen fake news!

De río Segura trad buiten zijn oevers en veroorzaakte veel ellende. Deze rivier ontspringt in de Sierra de Segura en loopt door vier provincies, waaronder onze eigen provincie Alicante en buurtprovincie Murcia. De Segura loopt onder andere door het centrum van de steden Murcia en Orihuela. Vooral daar ging het fout. 

Op deze rivier komen wel 13 andere rivieren uit dus we praten over een immense watermassa. De fraai gerestaureerde stierenvechtersring van de stad Orihuela liep als een badkuip vol. Ik kon mijn ogen niet geloven toen ik de foto zag. In de buitenwijk San Isidro (het openluchtmuseum dat we vaak bezoeken vanwege de muurschilderingen) ging een metershoge muur van water door de steile straten. Ik vrees dat restaurant Diego aan de voet van de wijk de volle laag kreeg. Hoofdstad Murcia kreeg 200mm per m2 regen te verwerken. Veel mensen moesten worden geëvacueerd. De Segura mondt na ruim 300 kilometer bij Guardamar del Segura uit in de Middellandse Zee. Guardamar is een alleraardigste badplaats niet ver bij ons vandaan, met vissershuisjes langs het strand en een mooie boulevard. De kustplaats kreeg bovendien een tornado te verduren.

Het was vrijdag de 13de voor de mus, de mensen die verdronken in de río Segura èn voor ‘onze’ Marisol. Wij waren niet voorbereid op de vernielingen die het recente natuurgeweld op de plaatselijke stranden aanrichtte. Onze favoriete strandtent Chiringuito Ramón stond nog als enige overeind, wel met een extreem smal strand. Harde werker Royer uit Ecuador die Ramon al jarenlang assisteert en die wij persoonlijk leerden kennen als heel prettig mens, had het terras en de loopplank alweer hersteld.

Het terras van Ramons echtgenote Marisol (eigenaresse van de Chiringuito met dezelfde naam), lag er echter in erbarmelijke staat bij; het looppad ernaartoe was aan gruzzelementen. Ik vermoed dat ze dit seizoen niet meer opengaat. Op dat strand trof ik een grote hoeveelheid mandarijnen aan en elders lagen paprika’s in alle kleuren. Er sloeg waarschijnlijk een scheepscontainer overboord.

De droge rivier aan het einde van de wandelboulevard veranderde in een kolkende watermassa die als een waterval in zee stortte. Ik stelde mij voor hoe het onze straat zou zijn vergaan als deze afwatering er niet zou zijn geweest. Royer wist te melden dat de strandtent op de punt van Torre de la Horadada, pal naast de historische toren, volledig in elkaar zakte. Vrienden van Campoamor stuurden ons foto’s waarop het plaatselijke strand La Glea was te zien. Net zo’n kaalslag als bij ons. De beide houten Chiringuitos verdwenen daar waarschijnlijk in de golven.

Het is inmiddels rustig weer. Het grootste leed is geleden, de laarzen staan weer in de kast, er wordt herbouwd. We hoeven niet ver te zoeken naar een project voor World Cleanup Day, volgende week. Er is veel op te ruimen op de lokale stranden. De roodbruine zee buldert nog steeds. Voorlopig wordt er nergens gezwommen.


donderdag 12 september 2019

Can’t have your cake and it eat

♪Lang zal ze leven, lang zal ze leven, lang zal ze leven in de glo-rie-ja, ín de glo-rie-ja. In de glo-rie-ja. Hieperdepiep? Hoera!♪ Vandaag is het de verjaardag van mijn liefje. Al op jonge leeftijd wist ze zich geen raad met cake; dat blijkt! Vroeger boden we elkaar nog weleens een reisje aan maar sinds we in een huis aan zee met ruim terras wonen, blijft de jarige liever thuis. De enige verandering met voorgaande jaren is dat ze deze keer niet koos voor paëlla’s van Chiringuito Ramon. Het plan van dit jaar was om hapjes uit eigen keuken te serveren en die op het zonnige terras te nuttigen. Ik vond dat prima. Het driegangenmenu werd bepaald, de lange boodschappenlijst opgesteld.

In de afgelopen dagen werd de weersvoorspelling voor de verjaardag somberder. De regenbuien namen in kans en omvang toe. Het werd tijd voor Plan B. We zouden hetzelfde feestmaal bereiden maar binnen serveren. We hebben immers genoeg ruimte voor een groot gezelschap in onze eetkamer. Totdat de Spaanse weerdienst ook dat in het water dreigde te gooien. We zouden tot 331mm neerslag per m2 kunnen verwachten in onze regio. Dat is bijna twee keer zoveel als het record van april jongstleden?! ¡Gota friá! Toen kregen we hier te maken met wateroverlast en lekkage in mijn kantoortje (via het dak van de buren).

Gisteren kwam de voorspelling dat vandaag op en langs de Middellandse Zee sprake zou zijn van een ‘medicane’, een mediterrane tropische orkaan. Je zou het een staartje van cycloon Dorian kunnen noemen. Onze gemeente stuurde burgers de boodschap vandaag binnen te blijven. Code Rood. We durfden het niet aan om vrienden onder die omstandigheden bij ons thuis uit te nodigen. Plan C trad dus in werking: we schuiven het feestje naar volgende week door. Dan kunnen we weer volop buiten zitten (als we het overleven). We zijn niet voor één gat te vangen. Het goede nieuws is dat hier dan nóg meer vrienden kunnen aanschuiven. Gelukkig waren alle kadootjes al in huis. Dat geldt echter niet voor de verjaardagstaart… Tja.

Mallorca kreeg vannacht de volle mep. Er viel in een nacht net zoveel regen als normaliter in een half jaar. Hier regende het aanhoudend maar we hielden het binnen kurkdroog. De storm lijkt zich hier nog niet te ontwikkelen. Wellicht ontspringen we de dans? Dat zou het beste kado zijn, volgens de jarige weervrouw.


A Birthday Workout

Hike across green Ireland,
bike the USA.
Backpack through New Zealand,
but don’t call it a day…

Do yoga in lovely Paris,
jump rope in Katmandu.
Avoid Italian pasta,
Well, maybe taste, but don’t you chew!

Climb atop Mount Everest,
do aerobics on China’s Wall.
Lift weights on Mexican beaches,
But honey, that’s not all…

Shake your booty with native dances
in Fiji and Bora Bora.
Move your body and exercise
Like you’ve never done befora.

Okay, that’s good - you’re finished,
now you can take a break.
You’ve finally burned enough calories
To have your birthday cake!

Joanna Fuchs