Afgelopen weken entertainde we tamelijk vaak in Huize Barefoot. Etentjes
voor vrienden, voor vrienden van vrienden, voor de Deense buren, de buren uit
Wales die vrienden werden, de ouders van
vriendin Joan. Pfffffff. Gezellig maar je zou er bijna stress van krijgen… Naast zelfgemaakte
paëlla stond vaak soep op het menu. Pompoen-soep, Zuid-Amerikaanse bruinebonensoep
en bietensoep; allemaal vegetarisch. Met paëlla bereiden ben ik voorlopig klaar.
De pompoenen liggen thans hoog opgetast in de schappen; een lekker en veelzijdig, lokaal
en seizoengebonden product dat uitermate geschikt is voor soepen, stamppotten en curries. Met
behulp van specerijen en andere toevoegingen maakte ik Aziatische en Europese
varianten. De bonensoep maakte ik deels met gepureerde en hele bonen. Het werd afgemaakt
met partjes verse avocado, ringetjes rode peper, verse koriander en gebakken
reepjes tortilla die ik even door een mengsel van geroosterd koriander- en
komijnpoeder haalde.
Mijn bietensoep oogstte echter de meeste lof. Daarvoor ontving ik van de
meeeters 9 (van 10) punten. Joehoe! Die soep oogde werkelijk prachtig. Het
recept bedacht ik niet zelf maar zag ik recent op de tv bereid. Het is eenvoudig,
gezond en heel smakelijk. Traditionele borsjt maar dan anders. En zo maak je het: zet
een rode ui aan in olijfolie, in een soeppan. Zodra de ui glazig is, voeg je
daar 500 gram gekookte bieten en 200 gram kookaardappelen aan toe. Als laatste
voeg je 700 centiliter groentebouillon of water met een bouillonblokje toe. Genoemde
hoeveelheden zijn genoeg voor vier kommen. Een kwartiertje laten koken op laag
vuur en daarna met de staafmixer tot een gladde soep pureren. Daarna wat
geitenkaas door de soep brokkelen en regelmatig roeren totdat het is opgenomen.
Je kunt er voor het opdienen nog extra geitenkaas over kruimelen. Een kind kan de
was doen, sukses verzekerd.
Wat onlangs ook in de soep liep, was de kookkunst van mijn favoriete mannelijke
kandidaat bij Masterchef Australia 2019. Deze week begon het programma met een leuke
en spannend concept: kandidaten moesten bieden op producten waarmee ze
vervolgens moesten koken. Elke aankoop kostte minuten; ze begonnen met 120 en
telden af. Derek deed het niet goed in dit spel van loven en bieden. Hij wilde
een gooi doen naar buikspek maar zijn taktiek mislukte helemaal. Als
hoofdproteïne kreeg hij geen vis of vlees maar eieren in zijn maag gesplitst. Zo
creatief als hij doorgaans is, daar wist deze Australiër met Aziatische roots zich
nu geen raad mee. Het eerste idee, zelfgemaakte ravioli met hele kwarteleidooier,
mislukte. Zijn tweede idee, spaghetti met eendenei er bovenop viel bij de jury
niet in de smaak. Het huilen stond hem nader dan het lachen. Ook ik pinkte een
traantje weg bij zijn vertrek. We belandden inmiddels aan bij de Top7 van het
programma.
Alle hoop is nu gevestigd op mijn eerste en allerlaatste favoriet: Tessa
Boersma. Simon en Larissa kunnen ook heel goed koken maar ik heb nu eenmaal
vanaf dag 1 een zwak voor deze jongedame... Met kwebbelkous Anuschka ben ik klaar; de
gunfactor is voorbij. Barman Simon waardeer ik ten zeerste als creatieveling met
groenten; daarin is hij (bijna) onverslaanbaar.
Sinds die eerste uitzending van deze jaargang van het beste kookprogramma-aller-tijden,
noem ik Tessa ‘het brutaaltje’. Dat is ze op zich niet maar ze is
recht-voor-zijn-raap en heel zelfverzekerd. Dat mag wat mij betreft want ze kan
veel. Vaak oppert ze ideeën en combinaties waarvan de drie juryleden niet
enthousiast worden, om vervolgens als een blok te vallen voor haar eindresultaat.
Zo ook deze week. De amateurs werden uitgedaagd Surf & Turf 2.0 te
bereiden, vis of zeevruchten in combinatie met vlees, gestoken in een nieuwe jasje.
Zij koos voor lamsvlees en gekaramelliseerde Sint Jakobsschelpen en maakte er
een Sri Lankaanse laksa met bloemkool bij. Als dat geen nieuwe uitvoering van
het traditionele gerecht was?! De heren trokken hun wenkbrauwen op. Desalniettemin
ging ze met zelfvertrouwen aan de slag. Uiteindelijk werd haar gerecht bekroond
met de titel ‘Surf & Turf 10.0’. Dat noemen wij, Hollanders, winnen met
vlag en wimpel!
Begin deze week las ik in een Engelse krant dat jurylid en chef George Calombaris
zijn restaurant ‘Hellenic Republic’ in
Melbourne (een van drie met die naam in het land) gaat sluiten. Jarenlang betaalde
hij zijn huidige en vorige werknemers van dit en andere restaurants (‘Press
Club’ en ‘Gazi’) systematisch onder. Men schat in dat Calombaris 5 miljoen Ozzie dollars op zijn
bankrekening heeft staan. Hem werd in juli jongstleden door de Fair Work Ombudsman
opgelegd zijn ruim 500 medewerkers achterstallige salarissen te betalen, ter waarde
van $7.8 miljoen. Calombaris is niet de eerste sterrenchef die dit deed. Neil
Perry deed het ook. Hij is waarschijnlijk wel de zwaarst beboete kok.
In een lokale krant las ik dat onderbetaling van horecapersoneel een
structureel probleem is in Australië. De Britse krant The Guardian noemt het
zelfs een epidemie. Die krant schreef eerder deze maand over de structurele
onderbetaling door supermarktketen Woolworths; zij betaalden hun personeel over
een periode van tien jaar AUD$200 miljoen te weinig. Het bedrijf verweerde zich
met geklaag over de complexiteit van het Australische beloningssysteem. Als ik
in Australië zou wonen, zou ik mijn boodschappen voorlopig bij supermarkt Coles
gaan doen; dat is de concurrent en toevallig de sponsor van Masterchef
Australia.
Dit jaar stapten er 22 bedrijven met vergelijkbare overtredingen uit
zichzelf naar voren. De vakbonden roepen op tot zwaardere straffen voor
overtreders. Het Openbaar Ministerie wil onderbetaling bij wet strafbaar
stellen. Er zijn naar schatting meer dan 830.000 mensen werkzaam in de Hospitality-branche
dus het gaat om veel geld. Een nieuw systeem van de Australische
Belastingdienst, genaamd ‘Single Touch Payroll’, moet dit soort uitwassen per 1
juli van dit jaar helpen voorkomen.
Hoe leuk ik George ook vind in zijn rol van jurylid van mijn favoriete
kookprogamma, hij maakte er als zakenman een potje van. Direct
na de uitspraak van de Ombudsman werd de geplaagde Calombaris geïnterviewd op nationale
televisie. Hij barstte in snikken uit en bood zijn excuses aan alle benadeelde medewerkers
aan. Hij smeekte het publiek zijn bedrijf niet links te laten liggen en legde de
volgende verklaring af.
“We apologise to all our affected team members, past and
present - as it is our people that make our restaurants great, and it is our
priority to ensure all of our employees feel respected, rewarded and supported
in their roles. [..] We are committed to acting as a force for change in the
industry and leading by example when it comes to building and promoting
supportive, healthy and compliant hospitality workplaces.”
Personeel gerespecteerd en gewaardeerd? Zelf een voorbeelfunctie? Nakomen
van afspraken? Mooie woorden maar too little, too late...
Snap je dat nou?! Als je een imago hebt als hij, geen domme jongen bent, met
een reeks suksesvolle restaurants, goede managers en koks voor je werken, zelf
knetterhard werkt en dus ook goed verdient, dan betaal je toch wat je jouw personeel
wettelijk bent verschuldigd?! Ik heb geen goed woord over voor dit soort graaigerig,
post-koloniaal gedrag. Ooit was ik zelf manager van een team. In die korte tijd
leerde ik dat als je goed bent voor je mensen ze hun benen uit hun
billen lopen voor jou! Calombaris werd kennelijk meer gedreven door
bedrijfsdollars dan door een moreel kompas. Tja.
De deuren van zijn restaurant in Melbourne zullen op 31 december van dit
jaar sluiten. Het personeel van dat etablissement stapt baanloos over de jaargrens. Voor hen geen vuurwerk op New Year's Eve. Deze beslissing noemde de chef met Griekse roots “wrang”. Ik blogde eerder dat het
veel tijd en inspanning kost om een goed imago op te bouwen maar ‘from hero to
zero’ ga je in een handomdraai. Deze kwestie is een smet op het blazoen van
Calombaris maar hij krijgt nog een kans, wat mij betreft.
Er zullen complottheoretici zijn die beweren dat hij en zijn twee collega’s
vanwege dit schandaal volgend jaar niet terugkeren als jury van Masterchef
Australia. Ik denk daar het mijne van maar jammer is en blijft het. Temeer daar
ik onlangs een vleugje 2020 opsnoof. Not amused! Een van de leden van de,
wederom driekoppige, nieuwe jury is de Schotse sterrenkok Jock Zonfrillo.
Zijn restaurant Orana in Adelaide ontving drie koksmutsen, de hoogste culinaire
onderscheiding van Australië (equivalent van de Michelinsterren), dus koken kan hij.
Zonfrillo werd enkele weken geleden uitgenodigd als gastkok in de
Masterchef-keuken. Kandidaten moesten op zijn verzoek koken met inheemse
ingrediënten. Ik vond hem in die episode tamelijk onsympathiek. De inspiratie
kwam uitsluitend van de oude garde. Gemiste kans.
Ik zou het overigens beter hebben gevonden als ze deze opdracht door een inheemse Australische chef hadden laten uitvoeren. Dat geldt ook voor de toekomstige jury. Down Under heb je genoeg veelbelovende, jonge chefs met oorspronkelijke roots (Aborigines) die zo’n positie meer dan waard zijn: Mark Olive, Zach Green, Luke & Samuel Bourke, Josh Moore, Jayde Harris, Ben Shewry. Dat wordt nog wat, volgend seizoen...
Ik zou het overigens beter hebben gevonden als ze deze opdracht door een inheemse Australische chef hadden laten uitvoeren. Dat geldt ook voor de toekomstige jury. Down Under heb je genoeg veelbelovende, jonge chefs met oorspronkelijke roots (Aborigines) die zo’n positie meer dan waard zijn: Mark Olive, Zach Green, Luke & Samuel Bourke, Josh Moore, Jayde Harris, Ben Shewry. Dat wordt nog wat, volgend seizoen...
Ik ga niet al te zeer op de ontwikkelingen vooruitlopen. Eerst maar eens zien wie de competitie van 2019 gaat winnen. Go Tessa! Vanavond
kunnen we kijken of ze een immuniteitsspeld wint die haar direct een plaats in de
finaleweek garandeert. Ik denk dat we het einde van deze jaargang dit jaar net
kunnen meemaken, voordat we naar Bali afreizen.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten