Translate

maandag 28 september 2009

Tweede en derde kuur

De tweede chemokuur van de afgelopen weken gaf bij mijn liefje meer bijwerkingen dan de eerste. Vanwege de goede reactie van haar lichaam op de eerste toediening, besloot de oncoloog de dosis cytostatica de tweede keer met 10% te verhogen. 'Hoe effectiever hoe beter', was zijn oordeel. Dat merkte ze! Ze voelde zich na die kuur langer vervelend dan de vorige keer en de verschijnselen waren bovendien diverser: maagpijn, een wee gevoel (tegen misselijkheid aan), gevoeligheid in de mond, rugpijn (van het vele liggen) en bijna-kaalheid. Het is telkens afwachten wat de lichamelijke reacties zullen zijn maar we leren elke week bij en wanhopen niet. Het is en blijft immers preventief.

Er waren na die tweede kuur ook weer fijne momenten, al waren ze minder talrijk dan na de eerste toediening. Het lichaam zal door elke kuur harder worden aangepakt en langer nodig hebben om te recupereren. Als mijn liefje dan weer kan genieten, doen we het ook met volle teugen. Vooral van kleine, dagelijkse dingen. Ik maakte bijgevoegde foto aan de boulevard van San Pedro del Pinatar, na een gezonde lunch bij de zigeuners. We wandelden daarna langs de Mar Menor. Koppie in de frisse wind, de longen volzuigend. Beweging bevordert genezing.
Mijn liefje is overal in goede handen, getuige de reddingsbrigade op de achtergrond en het 'Hei Matau' om haar hals. Ik kocht het amulet in Nieuw-Zeeland in 2006. Het is door een Maori-vakman vervaardigd uit kaakbot van een potvis en symboliseert kracht, vastberadenheid en gezondheid. Van dat alles kan ze nu wel wat extra gebruiken. Net als van vitamine B12 (tegen heersende bloedarmoede) en héél veel vitamine A (van Aandacht)!

Tijdens de eerste vier chemokuren krijgt mijn liefje een cocktail toegediend van zogenaamde alkylerende stoffen. Deze stoffen gaan verbindingen aan met eiwitten in de eventueel aanwezige tumorcellen en zorgen ervoor dat deze cellen zich niet kunnen vermeerderen. Cyclofosfamide, een van de twee stoffen die zij thans krijgt toegediend, is een medicijn uit deze groep. De andere stof uit de cocktail is Adriamycine, een van de oudere middelen tegen kanker. Het heeft vele bijwerkingen maar het is vooral de boosdoener die voor geheel of gedeeltelijk haaruitval zorgt. In het geval van mijn liefje is dat tot nu toe gedeeltelijk. De haren die nu nog op haar bolletje staan worden gekoesterd. We moeten afwachten wat de derde kuur met die overgebleven 'harde kern' gaat doen.

De derde kuur ontving mijn liefje vandaag. De bloedwaarden waren in orde dus de therapie kon doorgaan. Ook deze keer werd de dosis weer verhoogd; de behandelend oncoloog probeert de kuur optimaal voor haar te krijgen. De dag werd afgesloten met een Neulasta-injectie, ter ondersteuning van de witte bloedcellen in het lichaam. Een te laag gehalte kan infecties veroorzaken en de effectieve werking van chemotherapie schaden. Het aanprikreservoir deed goede dienst voor bloedafname en toediening. We kregen het gebruikelijke zakje pillen mee tegen optredende misselijkheid maar zuigen op een ijsblokje helpt ook. Zuster Clivia stelde voor de ijsblokjes te vervangen door mini-Magnums. Het idee kreeg veel bijval van mijn liefje. "Tof mens", zag ik haar denken...
Op weg naar huis zagen wij dat het waterpeil op de route naar het postkantoor tot middelniveau was gestegen. Op overige wegen stond het water tot boven de knieën. Het was vandaag noodweer aan de Costa Blanca maar dat deerde ons niet.


zaterdag 26 september 2009

Wij zijn gemaakt van sterrenstof

Je kunnen verwonderen en laten verrassen vind ik een eigenschap waarvoor een mens wat mij betreft nooit te oud is. Zo keek ik vorige week met verwondering naar een uitzending van de BBC over het uitsterven van dinosauriërs. Aan het einde van het Krijt-tijdperk (65 miljoen jaar geleden) stierf deze diersoort uit, wellicht door de inslag van een meteoriet. Die theorie kende ik al wel.
In de documentaire kwam een groot aantal paleontologen aan het woord. Ze werkten allen naar eenzelfde conclusie toe aan het einde van het programa: deze groep dieren is niet uitgestorven. Het verraste mij te horen dat dinosauriërs voortleven in vogels: de pootafdruk van de uitgestorven dinosauriër -drie tenen- komt overeen met de pootafdruk van een kalkoen of emoe nu. Ik vond het een openbaring. Ik heb mij nooit verdiept in dinosauriërs maar des te meer in vogels. Deze gevleugelde vriendjes kregen sinds de rondreis door Australië mijn speciale aandacht. Mijn favoriete dinosauriër van dit moment is dan ook geen T-rex maar... een steenuil. Ik vind het verrassend te bedenken dat deze kleinste (sociale) uilensoort zo'n gevaarlijk en log dier als stamvader heeft.

Iets anders dat mij blijft verwonderen is de bijdrage van vergane sterren aan het menselijke bestaan. Ik ben een aanhanger van de evolutietheorie, niet van het scheppingsverhaal. Volgens die theorie ontstonden de zon en de aarde uit resten van vroegere generaties sterren. Ook de mens is opgebouwd uit resten van massieve sterren. Het explosieve einde van zo'n ster wordt een 'supernova' genoemd. Men heeft becijferd dat uit één ster in de supernova-klasse wel 30 miljoen 'aardes' kunnen ontstaan. Dat geeft maar weer eens overduidelijk aan hoe nietig wij, aardbewoners, zijn. Lang nadat de mens is opgehouden te bestaan, zullen de stoffen waaruit wij voortkwamen nog steeds voortbestaan. Die zullen nog miljoenen, zoniet miljarden keren een bijdrage leveren aan het leven op aarde, voordat de zon uit elkaar spat en daarmee alle elementen van de aarde door het heelal verspreidt. Die stoffen zullen vervolgens weer samenkomen in een nieuw zonnestelsel en een nieuwe planeet met nieuw leven mogelijk maken. Wij zijn dus gemaakt van sterrenstof... Die gedachte geeft een zekere eeuwigheidswaarde aan ons beperkte aardse bestaan.

Mijn beste vriendin Nelly zou vandaag, 26 september 2009, 49 jaar zijn geworden. Het mocht niet zo zijn: op 2 januari jongstleden overleed zij aan de gevolgen van ongeneeslijke longkanker. Een mens is dan weliswaar nooit te oud om te leren, zij was veel te jong om te sterven. In de afgelopen weken was zij nóg vaker in mijn gedachten. Niet vaker, anders. Ik overdacht regelmatig hoezeer zij een voorbeeld was in hoe zij met haar ziekte omging. Zoals zij er niet ziek wilde uitzien. Hoe zij actief bezig bleef met de mensen en de wereld om haar heen. Zoals ze vertrouwen bleef hebben in het proces, zelfs in de wetenschap dat genezing voor haar niet in het verschiet mocht liggen. En hoe ze ondanks alles positief bleef. De voetafdruk die zij in mijn hart achterliet, bestaat wel uit meer dan drie tenen...

Als ik nu aan haar denk, stel ik mij haar voor als ster. Flonkerend aan het firmament, heel ver weg maar toch zo dichtbij. Net als in voorgaande jaren, heb ik haar vandaag toegezongen en zal ik met mijn liefje op haar proosten.

Voor haar persoonlijke afscheidskaart koos Nelly een uitspraak van Antoine de Saint-Exupéry, de Franse schrijver van het boek 'Le Petit Prince' (de kleine prins). De volwassen hoofdpersoon in het boek ontmoet in de Sahara een prinsje dat van een buitenaardse planeet afkomstig is. Tussen hen ontstaan boeiende gesprekken over de mensheid en het leven. Ik las het boek als verplichte literatuur tijdens mijn middelbare schooltijd en las het uit vrije wil wederom als volwassene. En ik ben niet de enige: er verschenen wereldwijd 80 miljoen exemplaren van het boek. Het is dan ook bijzonder: het staat bol van de diepzinnige gedachten en fraaie tekeningen. Nelly's gekozen tekst gaat als volgt:

“Dit is mijn geheim: alleen met het hart kun je goed zien. Het wezenlijke is voor de ogen onzichtbaar.”

Weken geleden zag ik in een krant de volgende zin boven de rouwadvertentie voor een jonge vrouw: 'als tranen een trap konden bouwen en herinneringen een brug, dan klommen wij hoog de hemel in en haalden wij je terug'. Die tekst ontroerde mij. Zo voelt het wat mij betreft ook met Nelly. Al heb ik hoogtevrees, ik zou de hoogste ladder fier beklimmen als ik haar daarmee terug zou kunnen brengen naar het aardse, naar het hier en nu. Terug bij ons die haar zo missen. Al zijn wij samengesteld uit wonderlijke stof, we kunnen geen wonderen verrichten. Helaas.


dinsdag 22 september 2009

Voldoende of genoeg?

Als foodie was ik altijd al geïnteresseerd in koken en eten maar in de afgelopen weken ging het mij nóg meer bezighouden nu mijn liefje gedurende enkele maanden medisch wordt behandeld. Tijdens die behandelingen krijgt haar lichaam veel giftige stoffen binnen. Het kan daardoor verzwakken dus het is belangrijk dat zij goed blijft eten en in conditie blijft. Mijn liefde voor deze vrouw gaat ook door de maag.
Het is algemeen bekend dat chemotherapie eetlustverlies en smaakverandering kan veroorzaken. In de afgelopen weken ontstond aan onze eettafel regelmatig discussie over 'genoeg' en 'voldoende'. Dat was geen semantische woordenwisseling: mijn liefje vindt tegenwoordig al snel dat zij genoeg heeft gegeten. Te snel naar mijn zin èn die van zuster Clivia. Wij vinden beiden dat zij niet voldoende eet en aangezien dat twee tegen een is...

Ik begrijp heel goed dat eten met weinig eetlust al gauw als proppen aanvoelt en dat is niet fijn. Proppen is dan ook geenszins de bedoeling. Maar een lepeltje extra van het een of ander stelt iedereen tevreden. Het is immers belangrijk dat Señorita Spillebeen op gewicht blijft.
Zelfs zuster Clivia kan geen wonderen verrichten: mijn liefje mag tot niets worden gedwongen. Ze kan het gepureerde voedsel toch niet met een trechter in haar keel gieten?! De patiënte mag dan donshaartjes hebben, ze is zeker geen gansje! De eerste de beste keukentrol zou de daad bij het woord hebben gevoegd. Zoniet zuster Clivia. Zij probeert het de patiënte op culinair gebied zo veel mogelijk naar de zin te maken: 's morgens ontbijt met frambozen en aardbeien op toast en 's middags mag zij het helemaal zelf bepalen; vooropgesteld dat het voldoende is. 's Avonds worden stamppotjes gemaakt die gemakkelijk naar binnen glijden, lievelingsgerechten met bonen, smaakvolle pasta's met veel vers bereide tomatensaus. Bij voorkeur nuttigen we seizoensproducten, van Spaanse origine. Dat is goed voor ons en voor het milieu.

Dergelijke maaltijden 'gaan erin als een ding in een ouderling'. Het is een gezegde dat ik jaren geleden voor het eerst optekende uit de mond van een vriendin. Ik kende die oud-Hollandse uitdrukking niet maar ik ben dan ook niet van kerkelijke huize. Wel vroeg ik mij af wat voor 'ding' dat dan is dat zo gemakkelijk in een ouderling verdwijnt. Ik kreeg er de gekste ideeën bij. Na enig speurwerk kwam ik erachter. Het correcte gezegde luidt: 'dat gaat erin als Gods woord in een ouderling'. Daar ik de variant van onze vriendin veel en veel leuker vind, bezigen wij die tot op de dag van vandaag.

De hoofdmaaltijden werden in de afgelopen weken kleiner en eenvoudiger maar gedurende de hele dag serveer ik nu gezonde en smakelijke tussendoortjes in de vorm van vers fruit, gedroogde vruchten, hartige toast, avocado, yoghurt, noten, een muslireep. Ook vezels zijn belangrijk. Ik let goed op vetgehalten maar momenteel mag ze best een beetje worden vetgemest, er mogen wat kilootjes bij. Het suikergehalte blijf ik als vanouds beperken. Suiker is niet goed, niet voor gezonde mensen maar zeker niet voor mensen die kanker bestrijden. Bovendien zitten er al genoeg natuurlijke suikers in vers fruit.

Dacht ik tot voor kort -en vele anderen met mij- dat antioxidanten goed zijn voor de mens en eventueel kanker kunnen tegengaan, begin augustus van dit jaar werd het tegenovergestelde bekendgemaakt. Onderzoekers van de Universiteit van Harvard toonden aan dat antioxidanten kanker niet voorkomen maar juist bevorderen. Wij vonden dat schokkend nieuws. Het onderzoek heeft geen betrekking op antioxidanten die van nature in verse groenten, vers fruit en olie voorkomen. De hoeveelheden daarin zijn dermate gering dat ze geen schade aan de gezondheid berokkenen. De onderzoekers hebben aangetoond dat antioxidanten in de vorm van voedingssupplementen, dat wil zeggen pillen met een hoge dosis, kankerwekkend zijn. Antioxidanten die aan levensmiddelen zijn toegevoegd, staan op een etiket aangeduid met E-nummers (E300 tot E321). Ook die moeten zo veel mogelijk worden vermeden. Weet wat je eet!

Ook van koffie is bekend dat het antioxidanten bevat. In een vergelijkend onderzoek naar die stof in verschillende (natuurlijke) dranken waaronder koffie, groene thee, rode wijn en citrussappen bleek het koffiebonenprutje over de hoogste capaciteit te beschikken. Toch raden onderzoekers aan dat men het beter bij één of twee kopjes koffie per dag kan houden en daarnaast vooral ook veel verse groenten en fruit te eten. En dat is precies wat we doen.

In de ochtend nuttigen wij genoegzaam een kopje Nespresso-koffie. Met de complimenten van de heer Clooney, door ons ook wel 'Dokter Koffie' genoemd. De manager van dat product verdient wat mij betreft een grote marketingprijs. Je kunt de koffie zo sterk drinken als je wilt, voor iedereen is er wel een smaak voorhanden. Sinds wij deze koffie ontdekten, kan geen ander merk eraan tippen. Mijn liefje noemt dat moment van koffiedrinken zelfs met een knipoog 'haar hoogtepunt van de dag'. Dat zegt genoeg.



zaterdag 19 september 2009

Zij en haar

In de afgelopen week kregen wij het regelmatig over haar. Niet over hem, niet over haar maar over hoofdhaar. Dat is niet zo verwonderlijk wanneer iemand in de familie chemotherapie volgt, met kaalheid als bijwerking.
Mijn liefje vertelde mij dat zij als puber zakgeld kreeg van haar ouders, onder andere bestaande uit een maandelijkse kapperstoelage van twee gulden vijftig. Dat bedrag was voor ieder gezinslid ruim voldoende. Zij vond dat echter dik onvoldoende: voor dat geld kon je je volgens haar alleen een 'bloempotmodel' laten aanmeten en dat was géén optie.
Zij spaarde dan ook voor elk kappersbezoek nog eens twee gulden vijftig extra, uit eigen middelen die waren verkregen door een scholierenbaantje bij de apotheker. Zo kon zij zich prinsesselijk laten coifferen bij kapper Postmus op de Lijnbaan in Rotterdam. Daar had zij niet alleen een knipkaart, zij was er vaste klant en kreeg 20% korting. Een deel van het traject tussen huis en kapperszaak legde zij fietsend af, zodoende geld uitsparend voor de tram. Dat schetst een beeld van iemand, nietwaar?!

Toen ik haar 20 jaar geleden ontmoette, had zij een kapper in Brussel. Er was naar verluid geen kapper in Nederland die aan 'de kwaliteitsnorm' voldeed. Kapper Jean-Claude wel. “Wat maakt een goede kapper?” Technische vaardigheid, geen gezeur aan het hoofd tijdens de knipbeurt en 100% tevredenheid achteraf. Zo simpel is het. Van elk kappersbezoek maakten mijn liefje en ik een uitje: we gingen bij voorkeur lunchen bij 'Aux Armes de Bruxelles'. Het is een gerenommeerd Brussels restaurant uit 1921, gesitueerd in de Rue des Bouchers. Koning Leopold III, Laurel & Hardy (twee favorieten van mijn liefje), Placido Domingo en Bill Clinton waren er zoal te gast. Ze serveren er een fantastische steak tartare met zelfgemaakt frietjes. En de Côtes de Provence rosé was er niet te versmaden. Bij die gedachte loopt het water mij weer in de mond...

Toen wij naar Den Haag verhuisden, vonden wij een goede kapperszaak op het Noordeinde. Mijn liefje werd maandelijks gekapt door Alvaro en ik door Carla. Hij was een lieve homo, zij had een grote bos rode krullen en een roomwitte huid met sproeten. (Ieder haar meug!) En niet onbelangrijk: beiden waren heel goede kappers.

Eind 2000 vertrokken wij naar Engeland waar we opnieuw een goede kapper moesten zoeken. We vonden onze man in Henley-on-Thames, bij ons om de hoek. Kapper 'Van', eigenaar van de salon, was een blonde hulk met kolenschoppen van handen, een Harley Davidson en een zwarte vriendin genaamd Primrose die ook in de salon werkte. Zo grof en stevig als hij was, zo verfijnd was zijn motoriek. Hij had een knipvaardigheid die zijn weerga niet kende. Bovendien waren Van en Primrose een apart stel met wie wij gesprekken voerden die maandelijks onderdeel uitmaakten van onze Engelse inburgeringscursus. We gaven maandelijks een godsvermogen uit in Engelse ponden maar dat was dragelijk vanwege onze Britse salarissen. Na het kappersbezoek gingen wij steevast lunchen bij visrestaurant 'Loch Fyne': witte vis voor mijn liefje (allergisch voor schaal- en schelpdieren), oesters, kokkels, krab of kreeft voor mij. En altijd met een glaasje bubbels. Bij die gedachte loopt het water mij weer in de mond...

Sinds onze ontmoeting strijk ik elke dag van elk van die twintig jaren wel even liefdevol over haar hoofd. Over die mooie, dikke bos haar die altijd goed zit. Ik moet vaak om haar lachen: zij vindt stellig dat ze blond is en ik vind dat -godzijgeprezen- niet. Eén blondje in het gezin is genoeg. Ik zeg haar ook al jaren dat het absoluut geen zin heeft de haren te wassen met 'Zomerblondje' maar ach, we hebben allemaal recht op onze afwijking.
Het moge duidelijk zijn: zij en heur haar zijn al het hele leven dikke maatjes. Die maatjes moeten tijdelijk afscheid van elkaar nemen. Door de chemotherapie heeft zij nu bijna een kaal koppie. Het ging heel hard in de afgelopen dagen. De fraaie hoofddoeken liggen klaar. Als het aan Geert W. ligt, zou ze hoofddoekjesbelasting moeten gaan betalen. Hij noemde het ook wel 'kopvoddentax'. Een lelijker woord zal er dit jaar -en hoogstwaarschijnlijk ook volgend jaar- niet opduiken. Het is kwetsend, ik ben er thans extra gevoelig op.

Toen de haren bij bosjes vielen, toen kwamen de tranen. Zij huilde om haar verlies, ik snikte om haar verdriet. Die kaalheid had ik mijn liefje zó graag willen besparen. Maar ze heeft een mooi bolletje waarover ik dagelijks met veel liefde zal blijven strijken. Wel heel zachtjes want haar huid zal kwetsbaar zijn. Haar lieve ogen lijken nu extra blauw. Ze kijken inmiddels weer strijdbaar de wereld in.
Bij vroegere knipbeurten werd mijn persoonlijke verzoek aan haar om 'blote oren' zelden gehonoreerd. Terwijl ze toch zo leuk zijn. Wat ik daar nu zoal mee kan doen? Bij die gedachte loopt het water mij weer... Blushing Smiley

woensdag 16 september 2009

Zuster Clivia informeert

De dag van mijn liefje's tweede chemokuur was druilerig in Spanje. Dat paste echter goed bij het doel van die dag, die overigens ook al naar begon: het eerste bosje haar viel uit. Ik moest flink slikken toen ik die pluk tussen haar vingers zag. We keken elkaar aan: het gaat dus echt beginnen, de eerste gezonde cellen zijn aangetast... Ik hoop met heel mijn hart dat de eventueel aanwezige ongezonde cellen ook zo effectief worden bestreden! De kapper komt vandaag aan huis om het haar kort te knippen. De chemo zal de rest doen. De hoofddoeken die zij als verjaardagskado ontving, zullen spoedig in gebruik worden genomen. De gulle gevers stuurden en overhandigden het met de nodige schroom maar mijn liefje is er oprecht blij mee. Ik vind dat zij er met haar hoofdbedekking uitziet als een 'grande dame'. Op de website van mooihoofd.nl is een fraaie selectie te vinden.

's Ochtends vroeg kwamen wij in het ziekenhuis aan. Na administratieve handelingen kon bloed worden afgenomen. Als de bloedwaarden niet in orde zijn, zal de chemokuur niet mogen plaatsvinden. Dat was echter geenszins het geval; de kwaliteit van het bloed is goed, al kregen wij die uitslag pas uren later te horen vanwege problemen met een medisch apparaat. Toen mijn liefje dan eindelijk om 11 uur naar de wachtkamer van de OK werd gebracht voor plaatsing van het onderhuidse aanprikreservoir, bleek het die dag zó onvoorzien druk dat er onvoldoende operatieruimten beschikbaar waren. Dat werd wachten... en wachten... en wachten. Totdat het dermate vervelend werd voor mijn -nog grotendeels nuchtere- liefje dat wij de chirurg voorstelden de chemo dan maar weer via de arm toe te dienen. Dat bleek een effectieve vraag: ze kreeg voorrang. De ingreep onder plaatselijke verdoving viel mijn liefje zwaar, onder andere door de langdurig geforceerde houding. Ze leek even een bionische vrouw door de slangetjes die onder het sleutelbeen uitstaken. Deze zijn inmiddels verwijderd; bij de volgende kuur worden ze weer aan het reservoir bevestigd.

Daarna, het was inmiddels 3 uur 's middags, was er wederom een gesprek met Dr Brugarolas, hoofd van de afdeling Oncologie. Hij was tevreden over de wijze waarop het lichaam van mijn liefje op de eerste chemokuur had gereageerd. Om die reden is de dosis cytostatica voor de tweede kuur iets verhoogd, voor nóg meer effectiviteit. Zelf hadden wij ook weer enkele vragen aan hem. In de afgelopen weken had ik in diverse artikelen gelezen dat de cocktail van mijn liefje bij de meeste borstkankerpatiënten eenmaal per 3 weken wordt toegediend. “Waarom bij haar dan eenmaal per 2 weken? Het lichaam heeft toch tijd nodig om voldoende te herstellen?” Hij had er merkbaar plezier in het antwoord aan ons toe te lichten. Uit Amerikaans onderzoek onder 900 vrouwen bleek dat chemotherapie met deze combinatie om de twee weken 10% effectiever is dan dezelfde cocktail om de drie weken. De kans op terugkeer van de tumor wordt zo nog geringer. Hij zei letterlijk: “die tien procent mogen wij bij u niet laten liggen”. Dat zijn wij volmondig met hem eens. Ook vroegen wij hem of wij in december, na de laatste chemokuur, naar Bali zouden kunnen afreizen. Hij heeft zijn volledige medewerking aan dat plan gegeven. Een lichtpunt!

Na dat gesprek gingen wij naar de eigen kamer waar de kuur begon die duurde tot 6 uur 's avonds. Mijn liefje kreeg wederom premedicatie, aangevuld met een pijnstillend middel vanwege de ingreep. We moesten tot kwart over 9 wachten voor de laatste bloedafname. Inmiddels was ook het diner in de suite geserveerd. De behandelend oncoloog besloot aan het einde van de dag nog een injectie met proteïne toe te dienen om de aanmaak van witte bloedlichamen te stimuleren en infecties te voorkomen. Ook kreeg zij weer medicijnen mee om bijwerkingen van de chemo in de komende dagen te beperken. Om 10 uur 's avonds was mijn moeie, bleke liefje terug op de plek waar ze wilde zijn: thuis. De nachtrust was redelijk, de 'day after' goed.


maandag 14 september 2009

Sneu

Gedurende het gehele afgelopen weekend vierde mijn liefje haar verjaardag. Dat vierden wij in uitstekend gezelschap en op feestelijke wijze. Vanzelfsprekend waren er veel balonnen, was er gezang en dronken wij roze champagne. Goede tradities moeten immers in ere worden gehouden. Mijn liefje was die dag in heel goede doen dus wij gingen voor de lunch uit eten. Die goede staat was misschien wel haar grootste kado... maar zij werd ook met liefde, aandacht, telefoontjes, kaarten, e-cards en kadootjes omringd. Zondagavond stapte zij moe maar heel tevreden haar bedje in.

Naarmate wij langer samen zijn, vind ik het elk jaar lastiger worden een geschikt verjaardagskado voor haar te vinden. Ik heb wel verrassingen voor haar maar die bedenk ik niet persé rondom haar verjaardag. We hebben immers zo vaak iets te vieren; zelfs in de afgelopen weken. Vaak vieren wij iets met een reis(je).
Mijn liefje vindt bovendien dat zij al veel heeft en als ze al iets wenst of nodig heeft, koopt zij het. Ze wil bovendien met de jaren steeds minder 'bezittingen' en dat begrijp en respecteer ik. Wel wens ik haar meer gezondheid toe! Tot nu toe bestond een verjaardagskado doorgaans uit een reis, hetzij dichtbij, hetzij ver weg. Voor dit jaar waren het plannen in Bali: ofwel een snorkeltrip naar Menjangan ofwel een golfuitje naar de Bali Handara Golfclub.

Vorig jaar vierden wij haar verjaardag op de camping in Kijkduin. In aanloop naar die dag zocht ik in een van de betere boekhandels in Den Haag naar een tropische planten- en bomengids. Het betrof 'Elseviers Gids van Tropische Planten' (1982), samengesteld door Wilhelm Lötschert en Gerhard Beese. Wat je noemt een standaardwerk. Deze encyclopedie van tropische flora is een must voor tuinkabouters-met-aanleg. Een van de hobbies van mijn liefje is tuinieren en in de nieuw aan te leggen tropische tuin in Bali is veel te doen. Ik bedacht dat het dan leuk is te weten wat er zoals beschikbaar is, wat er groeit en bloeit en hoe je het moet behandelen. Die zoektocht liep vorig jaar niet goed af: het boek was compleet uitverkocht, het leek nergens meer te krijgen.
Dit jaar deed ik een nieuwe poging. De aanhouder wint tenslotte. Allereerst deed ik dat via vrienden die hun boekhandel in Nederland raadpleegden. Helaas, het boek was nog steeds uitverkocht, onbestelbaar. Na enig zoekwerk op internet vond ik echter -surprise, surprise- een zeer fraaie uitvoering van de gids.

Ik was ermee in mijn nopjes: eerste druk, uitgevoerd in linnen, met veel mooie foto's (274 afbeeldingen in kleur). Ik bestelde de encyclopedie bij 'Antiquariaat De Bilt', gespecialiseerd in bijzondere uitgaven. Een weekje later ontving ik een mail van de eigenaar. Hij liet mij weten dat de gids klaar lag voor verzending en verzocht mij het verschuldigde bedrag op zijn rekening over te maken. Na ontvangst van het geld zou hij het boek naar het postadres in Nederland versturen. Zo gezegd, zo gedaan. Tenminste aan mijn kant. Het wachten was nu op het ontvangstbewijs via onze vrienden. Dat niet kwam... en maar niet kwam. Ik begon mij zorgen te maken over de tijdige levering. Ik mailde de man en het bedrijf meermalen. Ook liet ik berichten achter op zijn mobiele en zijn vaste telefoonnummer. Er kwam geen reactie. “Zou ik voor het eerst in mijn leven worden opgelicht?” Dat het dan juist bij dit kadootje, bij deze gelegenheid moest gebeuren.?!

Tot ik drie dagen voor de verjaardag van mijn liefje een telefoontje kreeg van mijn Hollandse dealer, de koerier van het gewraakte boek. En wat bleek? Zij meldde mij dat de eigenaar van het antiquariaat met een gebroken rug in het ziekenhuis ligt... Tja, dan kun je inderdaad geen emails beantwoorden en boeken opsturen. Dat begrijp ik. Ik heb oprecht met de man te doen. Hij maakte zich nog wel even zorgen over mijn betaling... Zijn ex-echtgenote -zij waren naar verluid net gescheiden; ook dat nog!- zou vervolgactie ondernemen. Twee dagen voor het geplande vertrek naar Spanje, werd het boek op het Nederlandse adres van onze vrienden afgeleverd.
Het kado is nu eindelijk in bezit van mijn liefje. Ongeschonden en wel. Haar groene vingers bladerden al meermalen gretig door de 256 rijk geïllustreerde pagina's. Ik hoop van harte dat zij er spoedig op lokatie mee aan de slag kan. Met veel dank aan onze vrienden en de gehele familie van het antiquariaat!

Wij bereiden ons thans voor op de 2de chemotherapie morgen (dinsdag 15 september). Ik breng jullie daarvan later in de week weer op de hoogte.


zaterdag 12 september 2009

¡Feliz Cumpleaño!

Voor de leukste sudoku-speelster die ik ken... Hierbij jouw eigen puzzle (geïmporteerd uit Australië) die je ook na vandaag kunt blijven spelen.

Copyright Sudoku.com.au


De puzzl'itis
Onder de infectieziekten
waaraan menigeen thans lijdt,
is er één, de Puzzl'itis,
die zich meer en meer verbreidt.
Als 't buiten nat en guur is
en de kachel heerlijk brandt,
wordt de ziekte epidemisch
en besmet ze 't hele land.
Aangenaam zijn haar symptomen
en de lijders lijden niet
maar men kan nooit meer genezen...
medicijnen helpen niet!

Noch vaccin, noch aspirine,
zelfs geen warme groc of thee:
wie er eens door is getroffen,
draagt haar heel het leven mee!
Doch, collega Puzzle-dokter,
die de ziekte heeft ontdekt,
en door 't kweken van de coccen
de infectie heeft verwekt:
laat u in uw werk niet storen,
maak, dat deze ziekte blijft.
Dankbaar zijn dan uw patiënten,
Oók de lijder, die dit schrijft.


Dr Dussan, Dr Brugarolas, Dr Rebollo en...

.


woensdag 9 september 2009

Toeval bestaat niet...

Of toch wel? Dat vroeg ik mij in de afgelopen week een aantal keren af.
Een van onze Engelse buren belde onlangs aan. Hij bood mij een tas met boeken aan, volgens hem met veel boeken 'in mijn moedertaal'. Toen ik de tas leegde, vond ik vooral boeken in de Deense en Noorse taal en geen enkele in het Nederlands. Ik moest erom grinniken. Voor hem klinkt Nederlands kennelijk net als Scandinavisch. In die tas trof ik ook Duitse, Franse en Engelse boeken aan. Een aantal titels sprak mij aan; die wachten op lezing. Nu de complete inhoud van mijn boekenkast -inclusief laatste aankopen uit Nederland in juni van dit jaar- onderweg is naar Bali, voel ik mij net een junk: ernstig verslaafd aan wereldliteratuur maar als ik die niet kan vinden, neem ik genoegen met mindere shots. Als ik de lucht van boeken maar kan opsnuiven. Ik scharrel tegenwoordig wat af, zelfs in tweedehands boekenwinkels. Hoe diep kan een boekenwurm zinken?!

Terug naar Jack's boekentas. Daarin vond ik onder andere een Engelse pocket van Sydney Sheldon, getiteld 'The sky is falling' (Nederlands titel 'Vallende Ster'). Het is een spannend verhaal over een televisiejournaliste die zich niet neerlegt bij de conclusie dat een hele Amerikaanse dynastie door ongevallen om het leven zou zijn gekomen. Ze gaat op zoek naar de ware toedracht -het zijn geen ongelukken maar geplande moorden- en daarmee brengt zij zichzelf en haar zoontje in groot gevaar.
Het is lectuur die ik normaliter op een luchthaven zou aanschaffen, voor aanvang van een lange vliegreis. Ik las deze dikke 'page turner' in enkele dagen uit. Er zitten momenteel veel leesuren in een dag dus de bladzijden vlogen om mijn oren. In het verhaal komt een vrouw voor die last krijgt van een knobbeltje in de borst. Zij wordt medisch onderzocht en krijgt de diagnose 'invasief borstcarcinoom' gesteld. Zij wordt spoedig daarna geopereerd en moet vervolgens chemotherapie volgen. Met dezelfde middelen die mijn liefje nu -preventief- krijgt toegediend?! Ik las het met eigen ogen maar kon het niet geloven. Ik kon mij niet heugen dat ik ooit in een boek zo expliciet over dit onderwerp had gelezen...

Nog zoiets. Vorige week ontving ik een bericht uit Australië in mijn mailbox. Het was niet van onze vriendinnen in Sydney maar van een Australisch bedrijf. Er was geen sprake van ongewenste post, het bericht was afkomstig van de rederij waarmee wij vier jaar geleden naar volle tevredenheid een cruise hadden gemaakt op het Great Barrier Reef. Daar ik niet uitsluit dat wij ooit weer met hen gaan uitvaren, wilde ik op de hoogte worden gehouden van hun initiatieven. Vorige week werd mij een uitnodiging toegestuurd om mee te varen op de 'Pink Ribbon Cruise' in october 2009. Het schip zal vertrekken vanuit Sydney en gaat tijdens de reis fondsen werven voor de Australische Breast Cancer Foundation. In de tussenliggende jaren ontving ik regelmatig aanbiedingen van hen maar nooit eerder van deze orde...

Ik stelde mij bij elk voorval de vraag: “is dit nu toeval?”
Er zijn mensen die er 100% van overtuigd zijn dat toeval niet bestaat. Dat alle gebeurtenissen en ontmoetingen in een mensenleven zijn voorbestemd. Zelf ben ik die mening niet toegedaan. Zou bij de geboorte van mijn liefje dan al vastliggen dat zij in haar leven kanker zou krijgen? Ik kan zo niet denken. Die gedachtegang zou ons reduceren tot toeschouwers van ons eigen leven, tot kijkers vanuit de kantlijn. Dat past ons niet. Ik ben dan ook van mening dat toeval wel degelijk bestaat.
Onze waarneming wordt voortdurend gekleurd door persoonlijke ervaringen. Als het een serieuze ziekte betreft, lijkt het net alsof er ineens niets anders meer bestaat. Maar in het leven van mijn liefje en mij is het nu echt niet alleen 'borstkanker' en 'chemotherapie' wat de klok slaat. Al geeft mijn liefje aan haar toestand wel een heel eigen draai: haar favoriete Nespresso-koffiesmaak van dit moment (rosabaya) heet inmiddels 'een rebollo', naar de oncoloog die de chemotherapie begeleidt en een medicijn dat zij slikt op aanraden van het hoofd van de oncologie-afdeling is tot 'een antoniootje' omgedoopt (zijn voornaam). Een typisch geval van 'vida normal'!


zondag 6 september 2009

Beweging bevordert genezing

De jongste broer van mijn liefje stuurde vorige week een artikel uit 'Runnerworld' mee met zijn mail. Het gaat over het belang van bewegen tijdens chemotherapie. Hij en zijn partner zijn verwoede hardlopers en deden al aan menig marathon mee. In het artikel komt naar voren dat lichamelijke inspanning zoals (onder andere) zwemmen uitsluitend positieve effecten heeft. Een Duitse bewegingswetenschapper zei het in het artikel als volgt: 'het verhoogt de levenskwaliteit, ondersteunt de medische behandeling en er zijn behoorlijk sterke aanwijzingen dat het risico van terugkeer van de ziekte erdoor vermindert.' In dat artikel werd tevens gesteld dat sportende patiënten duidelijk minder last van angsten en depressies hebben tijdens de behandeling. Daarmee wordt stevig onderbouwd wat wij beiden intuïtief al wisten: lichamelijk actief zijn is goed en gezond.

De eerste week van de chemo kwam mijn liefje tamelijk goed door. Dat geeft hoop voor de volgende kuren. Er sprong in die week een licht op groen: ze mocht weer gaan zwemmen. Ze had er sinds de operatie naar uitgekeken dus het heugelijke feit moest worden gevierd! Dat vieren deden we door een dagje eerder te beginnen dan de arts had voorgesteld...Zij dobbert nu rond in badpak en t-shirt, met zonnebril en pet op, ingesmeerd met een dikke laag zonnebrandcrème met hoge beschermingsfactor. De huid kan immers sneller verbranden tijdens een chemokuur. De oncoloog stelde een burka voor maar dat voorstel wees zij resoluut van de hand. In het water komt je in een dergelijk kleed namelijk nauwelijks vooruit. En dat ze straks hoogstwaarschijnlijk een hoofddoek moet dragen, vindt zij al uiterlijk vertoon genoeg.

Wij zijn beiden liefhebbers van zonnig en warm weer maar wij zijn absoluut geen 'grilkipjes'. Het gaat ons om buiten zijn, in de schone lucht. Als we 's ochtends als enigen in het gemeenschappelijke zwembad liggen, gaan de gedachten automatisch naar het eigen zwembad in Bali uit. Helemaal voor onszelf... een heerlijk vooruitzicht! Hier trekken wij in de ochtend baantjes voor de conditie en in de middag dobberen en spelen wij een beetje. (De ironie wil dat al het zwembadopblaasspeelgoed in de container op weg is naar Bali.)
Mijn liefje zwemt rond met een verpleegsterhaai aan haar zijde. Als anderen in het bad te dicht in haar buurt komen, laat zij dreigend haar tanden zien. De meesten zullen denken dat ze vriendelijk worden toegelachen... ze moeten eens weten! Ik legde mijn liefje uit dat ze echt bestaat, die verpleegsterhaai (ginglymostoma cirratum). De soort is tamelijk ongevaarlijk voor de mens maar als ze zich bedreigd voelt, kan ze flink van zich afbijten. Een zuster Clivia met vinnen. De kaken van een verpleegsterhaai hebben dan wel niet de druk van de grotere haaiensoorten (3 ton per vierkante centimeter!) maar het schrikt toch af.

De trouwe lezer weet dat ik veel interesse heb in het gedrag van haaien en andere zeezoogdieren. Haaien zijn als soort al 400 miljoen jaren op onze planeet. Ze overleefden de dinosaurussen. Het intrigeert velen met mij dat zij het zolang uithouden.
In 1992 verscheen een boek met de titel 'Sharks Don't Get Cancer', geschreven door Dr I. William Lane en Linda Comac. In haaienkraakbeen zit een eiwit dat de aanmaak van nieuwe bloedvaten remt. Dit gaf Lane het idee dat tumorgroei kon worden geremd door inname van haaienkraakbeen. De bloedvoorziening van tumoren zou zo worden afgesneden. Ook Dr Houtsmuller, bekend van het dieet met dezelfde naam, beweerde dat haaienkraakbeen een genezende werking heeft op kanker en raadde patiënten het preparaat 'Cartil' aan. Deze ernstige ziekte is echter naar mijn weten nog nooit door dieetmaatregelen genezen. Als kanker eenmaal in een lichaam is ontstaan, moet er allereerst chirurgisch en therapeutisch worden ingegrepen. Ik geloof zeker dat onze gezondheid wordt bedreigd door bepaalde chemische stoffen in voeding, de zogenoemde carcinogenen, die DNA van gezonde cellen kunnen beschadigen. Bewust en gezond eten is dus heel belangrijk; dat kan eventueel preventief werken. In 1996 verscheen een vervolg op het eerdergenoemde boek, onder de titel 'Sharks Still Don't Get Cancer', geschreven door dezelfde auteurs. De medische claim op de genezende werking van haaienkraakbeen kan tot op de dag van vandaag niet worden waargemaakt.

Vorig jaar meldde de BBC dat haaienbloed een mogelijk wapen is tegen kanker. Ik las dat er bewijs is gevonden dat de afweerstoffen van haaien het uitzaaien van borstkanker kunnen tegengaan. Haaien hebben een immuunsysteem dat veel lijkt op dat van een mens maar hun afweerstoffen zijn uitzonderlijk veerkrachtig. Alhoewel het aantal haaien waarvan bekend is dat ze kanker krijgen zeer laag is, krijgen ze het wel degelijk... zelfs in hun kraakbeen.

Of het nu mythes zijn of feiten, door dergelijke bevindingen worden haaien wereldwijd bedreigd. Er wordt op hun kraakbeen gejaagd, op hun vinnen, hun vetten, hun olie. Dat komt hun aantallen niet ten goede en daartegen treden dierenbeschermingsorganisaties al jaren op. Ik vind dat terecht. Begrijp mij niet verkeerd: de medische wetenschap MOET vooruitgang boeken. Dat gaat echter vaak gepaard met dierenleed. De verpleegsterhaai, ook op de lijst van bedreigde diersoorten van de 'International Union for the Conservation of Nature' (IUCS) kan dat beamen.



donderdag 3 september 2009

Tussentijds consult

Dit zijn ze: Dr Carlos Dussan Lubeth, behandelend chirurg van mijn liefje en zijzelf. Gisteren hadden wij een afspraak met hem en er was wederom veel tijd om zaken te bespreken. We namen de uitslagen door van de diverse scans die in de afgelopen week hadden plaatsgevonden. Hij stelde met ons vast dat longen, darmen en lever in goede staat zijn. Wij wisten dit al daar het Spaanse systeem zo in elkaar steekt dat elke patiënt de uitslagen zelf bij de specialist ophaalt. Hier word je geacht een afspraak met de behandelend arts te maken om de uitslag te vernemen. Degenen die ons goed kennen, weten dat wij die uitslag altijd eerst zelf willen lezen. Elke envelop werd dus in de afgelopen weken direct in een rustig hoekje van het ziekenhuis opengemaakt en gelezen. Zo wisten wij ook al vóór het gesprek met de oncoloog dat er sprake was van een invasief borstcarcinoom... Ik realiseer mij heel goed dat deze aanpak niet bij iedereen past maar wij kunnen daar samen goed mee omgaan.
De chirurg is erg tevreden over het helen van de wond en de staat van de borst. Ook de tumorcode werd officieel bevestigd: T1cN0M0 waarbij T1c staat voor een tumor groter dan 1 maar kleiner dan 2 cm, N0 voor onaangetaste okselklieren en M0 voor nul uitzaaiingen. Ik ben nog nooit zo opgelucht geweest door nullen!

We besloten tijdens dit consult dat mijn liefje rondom de volgende preventieve chemokuur een catheter (aanprikreservoir) zal laten plaatsen. Tijdens chemotherapie neemt de immuniteit van een lichaam af. Zo kunnen door infusie via de arm gemakkelijk ontstekingen van de aderen ontstaan. Door de plaatsing van dit reservoir onder het sleutelbeen wordt via een slangetje verbinding gemaakt met een grote ader in de hals. Het reservoir -ter grootte van een duimafdruk- wordt onderhuids, onder plaatselijke verdoving ingebracht. Het catheter zal blijven zitten tot en met de laatste chemo. Na plaatsing mag zij weliswaar een week niet zwemmen (niet leuk) maar met nog zeven chemokuren te gaan, is het de juiste beslissing.

Tijdens dit consult was er ook tijd voor een foto. “Moest hij geen stopdas om?” Het was voor hem een operatiedag geweest dus hij was in het groen. “No pasa nada.” Toen mijn liefje uitlegde dat zij tijdens het volgende consult weleens met een kaal koppie zou kunnen komen, sprong hij direct op om te poseren.

Op dit moment heeft mijn liefje in heel beperkte mate last van bijwerkingen. Ze voelde zich eergisterennacht tamelijk vreemd... alsof zij 'een LSD-trip' had. Ze is dan wel een kind van de sixties maar heeft hiermee geen ervaringen (voor zover ik weet). Gedurende een aantal uren ging er van alles om in hoofd en lichaam. Gisterochtend was ze wat draaierig. Afgelopen nacht was rustig, vanmorgen voelde ze zich goed. Tot en met vrijdagochtend zal zij medicijnen slikken die de bijwerkingen van de chemo zullen temperen. We wachten af hoe het weekend zal verlopen. Zuster Clivia houdt jullie op de hoogte.