Translate

zaterdag 3 januari 2015

A kind of library

Het was de Argentijnse auteur Jorge Luis Borges die zei 'I have always imagined that paradise will be a kind of library'. 

El Ateneo Gran Splendid, gelegen aan de Avenida Santa Fé, is zo'n paradijs voor boekenliefhebbers. Ik vind het een van de mooiste boekhandels ter wereld - misschien wel de mooiste die ik tot nu toe ken. Hier voelde ik mij als Sjakie in de chocoladefabriek. Je loopt de winkel in en je staat in een voormalig theater. Niet mensen maar boeken schitteren in de hoofdrol. De boekhandel is zelfs ’s nachts geopend. Argentijnen zijn naar verluidt veellezers.

De boekhandel telt vier volle verdiepingen. Mijn liefje en ik konden zo gauw geen trap naar boven vinden dus we stapten in een lift en drukten op het betreffende knopje. De oude dienstlift, die plaats biedt aan een handjevol mensen, kwam hortend en stotend op gang. Het is geen plek voor mensen met claustrofobie. We kwamen uit waar geen boek was te vinden! De verdieping was in complete duisternis gehuld, deuren naar de theaterzaal zaten op slot en het trappenhuis was met rood-witte linten afgesloten. De lift was inmiddels terug naar de begane grond dus ik stelde voor dat we toch maar met die trap naar de eronder gelegen verdieping zouden teruglopen. Als de trap het onder ons gewicht zou begeven, zou ik ten minste omkomen in de mooiste boekhandel ter wereld. Maar ik ben nog niet uitgekeken op de rest van die wereld. Op de tussenverdieping troffen we op de wand een fraai gedicht van Borges aan over de zee, 'dat gewelddadige, authentieke wezen dat er al ruim voor ons was en er altijd zal blijven'. We kwamen ongeschonden op de begane grond aan.

Jorge Luis Borges (1899) geboortehuis staat in Palermo, de wijk waarin wij thans verblijven. In zijn tijd was het een betrekkelijk arme buurt, al kwam hij uit een middenklassegezin. Hier wordt dergelijke informatie te pas en te onpas verstrekt; het klassenbewustzijn is er sterk. Van zijn tweede tot zijn 15de jaar woonde hij in het betreffende pand aan een straat die oorspronkelijk Calle Serrano heette maar werd omgedoopt tot Calle Jorge Luis Borges (kortweg ‘Borges’). Er zit een plakaat op de gevel van het huis die aan de beroemde bewoner herinnert.

In San Telmo vond ik zijn portret op een muur en in Café Tortini trof ik een buste van de schrijver aan. Borges overleed in 1986 in Genève. Ik las slechts één boek van zijn hand, getiteld The Aleph’ (1949). Dat boek bevat verhalen over dood, menselijkheid, oneindigheid, magie en kwaad en er komt een behoorlijke dosis Griekse mythologie bij. Het is geen gemakkelijke literatuur, niets voor op het nachtkastje. Je moet er moeite voor doen, ik denk zelfs dat je er klaar voor moet zijn.

Ook bezochten we het huis van de Argentijnse schrijfster, intellectueel en feministe-avant-la-lettre Victoria Ocampo (1890) in San Isidro, een fraaie buitenwijk van Buenos Aires. Villa Ocampo is UNESCO cultureel erfgoed. Ocampo was uitgeefster van het literaire tijdschrift Sur (1931), het enige in Zuid-Amerika in die tijd. De familie behoorde tot de Argentijnse elite, vader was ingenieur voor wie de villa werd gebouwd, zij groeide op met een Franse gouvernante. In 1953 kwam ze kortstondig in de gevangenis terecht voor haar verzet tegen Perón. Ik las enkele van haar memoires, essays en brieven die in 1999 door Patricia Owen Steiner werden vertaald. Ocampo overleed in 1979 in Buenos Aires.

We namen de trein naar San Isidro; het was druk op het perron. De vakantieperiode is begonnen; ik ontwaarde veel Braziliaans. Gelukkig kwam er een dubbel treinstel voorrijden dus er was zitplaats voor menigeen. Deze spoorlijn werd overigens door de Spaanse koning geopend in 1995. Ik stel mij zo voor dat er wellicht een optrekje van de koninklijke familie staat in San Isidro? De huizen zijn enorm, staan op grote stukken land, doorgaans ommuurd, soms met beveiliging voor het hek. In een van de vuilcontainers zag ik een Rolex-gids liggen. Dat zegt genoeg!

De wandelroute naar de villa was niet gemakkelijk: het trottoir (of wat ervoor door gaat) bestond voornamelijk uit losse tegels, gaten en boomwortels die bovengronds kwamen. Na een paar kilometers klunen waren we op plaats van bestemming. We mochten niet op het gras staan om een foto van het pand te maken, veel ruimtes in de villa waren gesloten voor bezoekers. Ik kon slechts een blik werpen op de imposante bibliotheek van Ocampo. Tja. Ik vond het geheel nogal teleurstellend.

Mijn liefje werd tijdens dit verblijf actief als recensente op TripAdvisor. Daaruit las zij voor wat er tot dan toe was geschreven over het restaurant dat in villa Ocampo is gevestigd: bar & boos, zowel de gerechten als de bediening. We liepen even langs het terras: alle tafeltjes waren bezet of gereserveerd. Met zelf gesmeerde bruine bolletjes op zak hadden wij daar niets te zoeken.

Op de terugweg stopten we nog even om de muurschilderingen langs het spoor tussen twee stations van dichtbij te bekijken. Sommige van die werken vind ik ook kunst-met-een-grote-K. We zijn ons bezoek aan Buenos Aires echt aan het afronden. 




Geen opmerkingen:

Een reactie posten