De busrit naar Córdoba was
interessant… we dachten dat we een snelle bus boekten maar het bleek een
stopper te zijn. Ik dacht dat de 399 kilometer die we moesten afleggen, in minder
dan vijf uur zou kunnen worden verreden; het werden er ruim zeven. Gezien het
weer was dat niet verkeerd; de regen kwam met bakken uit de lucht, van ’s
ochtends vroeg tot in de middag.
Het goede nieuws was dat er veel was te zien in
de dorpen langs de provinciale wegen. Op de snelweg zouden we langs beton zijn
gezoefd. Nu zagen we velden vol soja (Argentinië is ’s werelds grootste
exporteur van soja), zonnebloemen (2015 is internationaal Van Goghjaar), graan,
maïs en koeien. Sommige wegen waren afgezet vanwege overstromingen waardoor de
chauffeur moest omrijden. Ook dat nog! Wederom zagen we ontelbare grote en kleine roofvogels langs de weg.
Aan het einde van de middag kwamen
we op het busstation aan waar we met de roltassen eerst naar beneden en toen weer
naar boven moesten om de taxistandplaats te vinden. Mijn liefje, aka De Akela
en de Middelgrote Roerganger, boekte een hotel niet ver van het station en op
loopafstand van het leukste plein van de stad. Bij booking.com kreeg het een
dikke voldoende, bij Tripadvisor -dat we veel later bekeken- kreeg de plek een
zesje. Oh-oh… nu heb je zoveel meningen als er gasten zijn maar we hadden bij
nader inzien liever een ander hotel gekozen.
Toen we het hotel binnenkwamen,
ontwaarde ik een kleine, ongeïnteresseerde vrouw achter de balie. Ze keek ons
aan alsof ze ons niet verwachtte en dat bleek ook zo te zijn. De boeking was niet
doorgekomen, onze naam kwam niet in haar systeem voor. Het was geen probleem,
we kregen een kamer op de vijfde verdieping. Onze eerste gedachte was ‘hadden
we toch zonder kosten kunnen annuleren’… De kamerdeur stond wijd open, muggen
zoemden om ons heen. Ik bekeek de ruimte en keek mijn liefje vervolgens
veelbetekenend aan.
We hadden tijdens de uren in
de bus nauwelijks water gedronken teneinde toiletbezoek onderweg te voorkomen
dus dat was het eerste dat ik deed. Terwijl ik neerzeeg, gleed ik weg en klapte
de brildeksel tegen mijn rug. Dat was het duwtje dat we nodig hadden.
Eensgezind stapten we in de lift naar beneden. In de lobby vertelde ik de
baliemedewerkster dat de kamer niet aan onze wensen voldeed. Het kon deze
onverschillige niet bommen.
Vervolgens hielden we in de
straat een taxi aan en vroegen de bestuurder met ons op zoek te gaan naar iets
beters. Deze chauffeur was errug aardig en goed ingevoerd. Hij bracht ons allereerst
naar Azur Real Boutique Hotel en zei dat hij
ons daarna nog naar andere hotels kon brengen. Azur bleek een prettige
verrassing: weliswaar aan een heel drukke straat in het centrum gelegen maar
als je eenmaal met de lift naar boven bent, stap je een wereld van rust, goede
smaak en luxe binnen. En dat alles tegen betaalbare prijzen omdat ze deze maand
een aanbieding hebben. Joehoe! Schreef ik in een van mijn vorige blogs nog over
het prinsessenbed in Rosario, je zou deze sponde eens moeten zien en voelen. Om
over het uitgebreide ontbijt en de wijnshampoo maar te zwijgen.
Vandaag deden we een excursie
met gids Rodrigo naar de ‘Estancias Jesuíticas’ in de Sierras Chicas, 70
kilometer ten noorden van Córdoba. Deze stad was het centrum van het jezuïetenrijk
dat zich uitstrekte van Lima tot Buenos Aires. Deze jezuïetenplaatsen staan op
de UNESCO-werelderfgoedlijst, niet vanwege hun religieuze betekenis maar
omwille van hun socio-economische functie. Het was daar dat Franse, Spaanse en Italiaanse
jezuïeten aan het einde van de 16de eeuw neerstreken, (veel) land opkochten
of ontvingen van de lokale Indianenbevolking, gebouwen neerzetten met behulp
van slaven uit het zuiden van Afrika en van alles en nog wat gingen produceren.
Wij bezochten Estancia Jesuítica de Caroya, Estancia Jesús María en Estancia Santa Catalina. Ze zijn fysiek nogal
verschillend: met koepel, zonder, met klokkentorens of uitkijkposten. Nergens
mag je de binnenruimten fotograferen waar veel religieuze kunst hangt, soms met
een grote K. Men is bang dat er wordt gestolen. Nergens op het web vind je dan
ook afbeeldingen. De laatstgenoemde plek, wellicht de mooiste van de drie en in
privébezit, ligt aan het einde van een 15 kilometer lang zandpad. De kerk is
prachtig. We zagen daar onder andere de enige zittende Jezus ter wereld en heel veel
pre-Colombiaanse kunst uit de regio. Hier komen weinig toeristen. Als we zeggen
dat we uit het land van Máxima komen, zwaait de deur nog veel verder open. Wij
realiseren ons dat we vandaag heel bijzondere plekken hebben bezocht, we voelen
ons zeer bevoorrecht. We hebben ons verblijf in Córdoba verlengd. Morgen gaan
we te voet de stad bezoeken; ook hier vind je de voetafdruk van jezuïeten.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten