Vorige week ontving ik een reactie
op mijn blog van een Nederlandse vrouw wier dochter in Buenos Aires woont. Zij bezocht
deze stad al acht keer. Ze was enthousiast over mijn geschrijf en de
bijbehorende foto’s en gaf mij de tip om op zondag naar de wijk San Telmo te
gaan. Aan het einde van de dag wordt de tango spontaan op straat gedanst. De
antiekmarkt in die wijk stond op ons lijstje, die spontane danssessies niet. De
suggestie volgden wij dus met plezier op. Bedankt, señora!
Ter voorbereiding las ik het
boek ‘Tango: Sex and Rhythm of the City’ van Mike Gonzalez en Marianella
Yanes. Hij is emeritus-hoogleraar Latijns-Amerikaanse studies uit
Glasgow, zij is journaliste en scriptschrijver uit Venezuela. Het beeld rechtsboven in de collage is van de Argentijnse kunstenaar Antonio Berni van wie wij een grote overzichtstentoonstelling zagen in het MALBA.
Tango wordt wel omschreven als de meest sensuele en dramatische dansstijl. De dans ontstond in de negentiende eeuw in de straten van Buenos Aires en werd aanvankelijk vooral gedanst door immigranten uit Europa. De meerderheid van hen waren jonge mannen die troost zochten in bordelen in de schimmige wijken van de havenstad, zoals La Boca en Nueva Pompeya. De tango werd lange tijd afgedaan als muziek van de onderklasse, van hoeren, souteneurs en criminelen maar nadat het Parijs in zijn greep kreeg aan het begin van de 20ste eeuw, werd de dans ook acceptabel voor de Argentijnse middenklasse. De rest is geschiedenis… Na de traan van Máxima tijdens Adiós Nonino van de Argentijn Astor Piazzolla (1921-1992) veroverde de tango zelfs de harten van nuchtere Nederlanders.
De eerste tangomuziek werd
gespeeld op een fluit, een gitaar en een klarinet. De accordeon kwam pas aan
het einde van de jaren 1880 uit Duitsland. In Argentinië wordt het instrument ‘bandoneón’ genoemd. De eerste virtuosen op het instrument heetten Aníbal Troilo en Pedro Maffia. De manier waarop het
instrument werd bespeeld, voegde drama en passie aan de dans toe. Het tempo
vertraagde, de tango werd melodieuzer en minder provocatief. Er zijn stricte
regels van toepassing, niet alleen voor de dans maar ook qua kleding van de
dansers. Voor de vrouw: zijden panty’s, een jurk met een split (zij- of
voorkant), laag uitgesneden bovenkant, een bloem in het haar en pumps met hoge
hakken. Voor de man: een pak, een hoed, een viooltje in een rever, tweekleurige
schoenen met een hak die iets naar voren staat. Het boek gaat niet alleen over
de tango, het doet ook het ontstaan van Buenos Aires uit de doeken, vanaf het midden
van de 19de eeuw, tijdens de grootste immigrantenstromen. Het is
uiterst beeldend geschreven, dankzij Marianella. Erg boeiend!
Mijn liefje en ik gingen dus wederom
op pad. Tot nu toe begon elke zondag hier druilerig, ook afgelopen weekend. We
hadden echter geen haast, het spontane dansen begint toch pas aan het einde van
de marktdag. We reisden met de ondergrondse vanaf Palermo naar het einde van de
lijn. Ik ging in de metro naast een jongedame zitten die mij op een bepaald
moment vroeg of ik een toeriste was. “Jazeker.” Ik vroeg haar of zij dat ook
was. Nee, zij was van Buenos Aires maar woont thans in Brazilië. Waar zij liever woont? In Brazilië,
mensen zijn daar aardiger dan hier... Ik liet haar weten dat ik mensen in deze
stad eveneens aardig vindt. En zo keuvelden we voort. Voordat ze uitstapte,
vroeg ze mij: “weet je waarom ik wist dat
je toeriste bent?” Je bent zo kleurrijk gekleed.” Dat zei ze met een glimlach
van oor tot oor. Ik beantwoordde die gulle lach en wenste haar een goede dag
toe. Hier zeggen de meeste mensen ‘Chau’ als ze uiteengaan.
En ja, er werd deze keer spontaan
tango op straat gedanst, tot mijn grote plezier. Alles klopte, van de passen
tot de kleding. ¡Macanudo! (‘fantastisch, te gek’ in het
Argentijns.)
We gingen ook terug naar het pintxosrestaurant
van de vorige week, Sagardi. Geloof
het of niet maar we werden herkend. Een van de dames in de bediening vroeg
zelfs of we tweelingen zijn. Gr!@#$:%*_“ daar ging haar fooi… Mijn liefje was
ineens tien centimeter groter dan ik. De eerlijkheid gebiedt mij te zeggen dat
ze dit weekend naar de kapper ging. We smulden van nieuwe hapjes, ik probeerde voor
het eerst een glas droge, fruitige rosé uit
Mendoza. We voelden ons zeker genoeg om andere gasten van advies te dienen over
de aanwezige pintxos. Houd je van krab? Dan moet je die nemen. Liefhebber van rundvlees?
Dan raad ik deze aan. Zo stonden we Amerikaanse en Engelse klanten, veganisten
en vegetariërs, zelfs Argentijnen te woord die er voor het eerst kwamen. Mijn
liefje, nog steeds in de wolken, verzon een toepasselijke naam voor ons:
animeermeisjes. Tango: sex in the city!
Daar ontmoetten we ook Bettina en haar ouders. Na
het eerste contact vroeg ze of we later bij hen aan het tafeltje wilden komen
zitten. Ze zijn allen van Buenos Aires maar dochterlief woont en werkt
inmiddels in het Belgische Gent. Op mijn vraag waarom daar, antwoordde zij “el amor”. Dat verklaart alles. Ze was anderhalve
maand -zonder partner- op vakantie in haar vaderland. Haar ouders hebben een
zuivelbedrijf in Lobos, in de provincie Buenos Aires. Op zijn visitekaartje
staat een Argentijnse en een Baskische vlag. Hij is geen Spanjaard, hij is Bask!
Hij maakt dulce de leche in literverpakking. Hij zal je echtgenoot, vriend of buurman maar zijn?! De taal opent veel deuren. We stelden onze prangende
vragen over economie, politiek, het leven. De foto terugkijkend, valt mij de
hand van pa op - die houdt die van mijn liefje vast. Het is op zo’n moment dat wij het erg naar onze zin hebben. We gingen kussend uiteen. ¡Macanudo!
Feliz Navidad! Leuk dat jullie mijn tip hebben opgevolgd. Wat een sfeer hè daar,al die dansende mensen en die mooie muziek. Ik geniet nog steeds van je blog, heerlijk om al die verhalen te lezen en zo herkenbaar! Super dat jullie ook naar het museum van Evita zijn gegaan, daar ga ik elk jaar weer even heen om daarna heerlijk op de bijbehorende patio wat te eten, echt genieten. Ik wil jou en je vriendin nog een hele fijne tijd wensen in die heerlijke stad!
BeantwoordenVerwijderenUn abrazo, Marlies